ABOP-politicus, Marinus Bee, had gisteren enkele brandende vraagstukken gedeponeerd op het bord van de regering bij de behandeling van het Herstel- en Stabilisatieplan 2016-2018. Hij wilde weten of het inderdaad zo is dat het Internationaal Monetair Fonds alles marktconform wil hebben en of de regering op een lijn staat met deze benadering.
Het gaat namelijk om onder andere de verhoging van de water- en stroomtarieven, het herintroduceren van het schoolgeld; de zogenaamde ouderbijdrage. Verder wilde Bee weten of het besluit al genomen is om de benzineprijs te verhogen. De parlementariër zei dat alle besluiten nu binnenkamers worden genomen, waarbij gasoline per liter 7.05 en een liter diesel 6.80 Surinaamse dollar wordt. Hij vroeg uitdrukkelijk aan de regering of dit wel op waarheid berust en gaf aan dat de verhoging van de bezineprijs andere gevolgen zal hebben.
Het assembleelid wilde van de regering weten wat de compenserende maatregelen zijn. Bee heeft aangegeven niet onder de indruk te zijn van het plan, omdat dit plan nog geen antwoord zal geven op de zoveelste problemen waarmee het land nu zit. Hij vraagt zich af hoe dat probleem van de huurhuizen opgelost zal worden. Gezinnen worden nu ontwricht, omdat ze het niet meer kunnen opbrengen.
Hij haalde een specifiek geval aan waarbij iemand drie jaar zelfstandig heeft gewoond en nu genoodzaakt is om terug te gaan naar haar ouders met haar vier kinderen, omdat ze momenteel niet meer in staat is om zoveel neer te tellen voor de huur. De ABOP’er is van mening dat deze zaak niet onderschat mag worden.
Verder gaf Bee aan dat zijn partij in de vorige regeerperiode in de coalitie zat, maar weinig ruimte had om ook het beleid mede te bepalen. “De partij was ‘te klein’ om ook de richting te helpen bepalen,” hield Bee het parlement gisteren voor. Hij leverde kritiek op het feit dat de vorige minister van Buitenlandse Zaken, Winston Lackin, bemoeienis had met het opzetten van een cassavefabriek. Bee zei dat dit een beleidsaangelegenheid was van het Ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij. “De ABOP was ‘te klein’ om deze beslissing te nemen, aldus Bee.