In verband met de behandeling van de ontwerpwet ‘houdende machtiging aan de minister van Financiën tot afwijking van het obligoplafond voor de staatsschuld’ als bedoeld in de Wet op de staatsschuld (S.B. 2002 no. 27) heeft Carl Breeveld (DOE) zijn statement kenbaar gemaakt.
U leest hieronder zijn statement
Voorzitter, allereerst wil ik uw aandacht vragen voor het feit dat we vandaag gedenken de internationale dag tegen corruptie. Dit jaar is het thema: ‘United against corruption for development, peace and security.’ “Verenigd in de stijd tegen corruptie voor ontwikkeling, vrede en veiligheid.”
Volgens de UN site wordt er jaarlijks één triljoen Amerikaanse dollar betaald aan steekpenningen, terwijl een geschatte 2.6 triljoen Amerikaanse dollar wordt verduisterd vanwege corruptie.
Als ik het thema moet koppelen aan onze samenleving en het werk dat we als parlement hebben verricht om corruptie tegen te gaan, dan heb ik niet een bevredigend gevoel. Reeds zes jaar heb ik achter het parlement casu quo de regering gezeten om de afspraken na te komen die zijn opgenomen in de Inter-Amerikaanse conventie tegen corruptie. Anno 2016 zitten we nog steeds met verschillende actoren om de tafel om één wet, die noodzakelijk is, tot stand te brengen.
Volgens het onderzoek van Transparency International ‘Corruption Perception Index 2015’ heeft Suriname een score van 36 (0 means highly corrupt) – (100 means very clean), met een ranking van 88.
Ik wil wederom oproepen de behandeling van de anticorruptieontwerpwet zo gauw mogelijk af te ronden, zodat overgegaan kan worden tot operationalisering van instanties of commissies die zich zullen inzetten om corruptie te voorkomen en bestrijden.
Personen en instanties die niet correct zijn omgegaan met gelden van het land, worden mijns inziens niet aangepakt. Volgens de president kun je niet aan de gang blijven om directies te vervangen. Echter, er wordt verzuimd personen die nog steeds in beeld zijn, de wacht aan te zeggen, terwijl hun gedragingen publiek geheim zijn. Mij interesseert in dit kader ook hoe onrechtmatig vekregen middelen teruggestort zullen worden in staatskas.
Er kan goedkeuring worden gegeven tot afwijking van het obligoplafond voor de staatsschuld, om project A of B te realiseren, maar als corruptie niet merkbaar wordt aangepakt door de hoogste instantie(s), zal het water naar zee dragen zijn en geen positief effect hebben op onze sociale en economische ontwikkeling.
Ik heb gisteren tijdens de openbare commissievergadering aandachtig geluisterd naar de ministers van Openbare Werken en Financiën. De machtiging aan de minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, zal bijdragen aan de verdere ontwikkeling van onze nationale infrastructuur. Volgens verklaring van de minister van Financiën biedt het in vele opzichten voordelen, zoals op belastingsniveau, scheppen van werkgelegenheid, bereikbaarheid voor ondernemers, burgers enzovoorts. En dat zal ook zo zijn!
Maar Minister, via u, voorzitter, als het ontwikkelingsplan nog niet af is, hoe kunnen wij toetsen of deze lening echt doelmatig is?
Wat zijn de lessen die wij hebben geleerd uit de vorige Dalian 1,2,3,? Is er een SWOT-analyse? Welke verbeterpunten worden ingezet?
Is de Sociaal Economische Raad in deze gehoord?
Waar is het overzicht van het traject voor terugbetalen? Informatie over vijf jaar grace period en in twintig jaar terugbetalen, is naar mijn inziens niet voldoende.
Wat zal precies de spin-off zijn op economisch en sociaal maatschappelijk gebied? Binnen welke termijn?
Wat is er als borg gegeven met betrekking tot de lening, gesteld dat Suriname niet aan zijn verplichtingen kan voldoen?
Maar vooral wat voor garantie biedt de minister ons bij goedkeuring van de machtiging? Op 29 december 2014 zei de huidige minister, in de functie van governor dat er absoluut geen devaluatie van de Surinaamse munt in het verschiet lag en dat het een mythe was dat er sprake was van monetaire financiering. Ruim tien maanden later, als minister, kwam de devaluatie. En later werd aangegeven dat er wel degelijk monetair gefinancierd is. In een interview met Starnieuws, werd verklaard dat die dip is gekomen in 2013-2014, maar dat de perspectieven beter zijn. Helaas, missen wij die betere perspectieven.
In de economische situatie waarin we ons bevinden, gaat de regering voorbij aan de acute noodsituaties zoals die, waar verschillende sociale instellingen zich op dit moment in bevinden, met name de meest kwetsbare groepen. Hoe vangen wij deze noodsituaties op?
Vandaag kreeg ik weer berichten van burgers die leven met een beperking die bij aankomst op de kantoren te horen krijgen dat wederom de uitbetaling van de financiële bijstand tot nader order is uitgesteld. Vervolgens belt men naar het kantoor van het Ministerie van Sociale Zaken afdeling Financiële bijstand aan de Gemenenlandsweg, waarbij er niet wordt opgenomen. Gewoon niet bereikbaar.
Op 15 september 2016, zijn de feitelijke bevindingen betreffende het Clad-rapport (Centrale Lands Accountantsdienst) van Telesur (Telecommunicatiebedrijf Suriname) aangeboden aan de minister van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT), Andy Rusland. We willen daar graag inzage van hebben evenals de Telesur-jaarrekening 2015.
Voorzitter, tenslotte, ik heb mijn bedenkingen met betrekking tot de behandeling van de Wet op het sovereign wealth fund, omdat dit wetsontwerp reeds enkele jaren terug voor behandeling bij De Nationale Assemblee lag. Er waren toen voldoende extra middelen uit de olie- en goudsector om in dit fonds te storten. De ontwerpwet werd ingetrokken en tot nu toe niet meer gezien. Bovendien heb ik voldoende evaring met het niet tot zeer vertraagd behandelen van de anticorruptiewet sinds ik zes jaar hier als assembleelid aanzit en die nog steeds niet tot afronding is gekomen.