President Trump vervangt zijn Nationale Veiligheidsadviseur H.R. McMaster. Zijn plek wordt ingenomen door John Bolton. De voormalige Amerikaanse ambassadeur bij de Verenigde Naties wordt gezien als een hardliner.
Luitenant-generaal McMaster verlaat ook het leger. Hij en de president overlegden al weken over het moment van zijn vertrek, meldt The New York Times. Besloten is om het vertrek te bespoedigen omdat de geruchten over zijn ophanden zijnde vertrek het moeilijk maakte voor McMaster om zijn werk nog goed te doen.
Eerder deze maand ontsloeg Trump al zijn minister van Buitenlandse Zaken Rex Tillerson en verving hem door CIA-directeur Mike Pompeo. Zowel de minister van Buitenlandse Zaken als de Nationale Veiligheidsadviseur speelt normaal gesproken een grote rol in het Amerikaanse buitenlandse beleid. Tillerson en Trump zaten vaak niet op één lijn, waardoor de minister vleugellam leek. McMaster en de president waren het ook regelmatig niet met elkaar eens.
Trump overlegde al regelmatig met Bolton over het Amerikaanse buitenlandse beleid. Bolton zal op 9 april beginnen in zijn nieuwe functie. De president wil in mei de Noord-Koreaanse dictator Kim Jong-un ontmoeten. Ook moet hij binnenkort weer het nucleaire akkoord met Iran verlengen. Bolton en ook Pompeo staan bekend als tegenstanders van de afspraken met Iran.
Volgens bronnen in het Witte Huis is het vertrek van McMaster een gezamenlijke beslissing van de veiligheidsadviseur en de president. Zijn vertrek zou niets te maken hebben met het lek over het telefoongesprek met president Poetin, schrijft de krant.
Bolton diende onder George W. Bush als VN-ambassadeur. Hij was een van de fervente verdedigers van de inval in Irak en staat daar nog steeds achter. Toen Bush Bolton nomineerde als ambassadeur stuurden ruim 100 diplomaten Bush een brief waarin ze zich tegen de benoeming keerden.
NOS