Het vliegveld van Sint-Maarten ontvangt 50 miljoen euro van de Europese Investeringsbank (EIB) voor het herstel van de terminal. Het Princess Juliana International Airport raakte in 2017 door de orkanen Irma en Maria zwaar beschadigd.
Ten tijde van orkaan Irma was het vliegveld al uit voorzorg gesloten. Vervolgens duurde het ruim een maand, voordat de luchthaven weer open kon voor commerciële vluchten. Veel voorzieningen, waaronder de terminal en de luchtverkeersleidingstoren, zijn nog niet hersteld.
De EIB verstrekt namens de Europese Unie leningen voor de lange termijn, bedoeld om EU-doelstellingen in Europa en daarbuiten te behalen. Het verbinden van lidstaten door investeringen in infrastructuur is daar onderdeel van.
Ook de Wereldbank heeft geld uitgeleend voor herstel van de terminal. Die organisatie beheert een door Nederland gefinancierd trustfonds van 470 miljoen euro, bedoeld voor hulp aan Sint-Maarten.
Zodra het miljoenenproject is afgerond, moet het vliegveld 2,5 miljoen reizigers per jaar kunnen verwerken. De luchthaven geldt als hub voor de regio, met vluchten naar onder meer Sint-Eustatius, Saba en de Britse Maagdeneilanden. Ook zijn er verbindingen met Nederland en de VS.
Het herstel van de luchthaven moet het aantal vakantiegangers op het Caribische eiland een boost geven. Toerisme geldt als de belangrijkste inkomstenbron voor Sint-Maarten.
Minister van Financiën Ardwell Irion is blij met de toegezegde miljoenen. In een reactie zegt hij dat herstel van het vliegveld een positief effect op de economie en leefbaarheid van het eiland zal hebben.
Kritiek op wederopbouw
Vanuit Sint-Maarten en de Tweede Kamer klinkt er kritiek op de wederopbouw, omdat die te traag zou verlopen. De Ombudsman Sint-Maarten stelde onlangs dat twee jaar na orkaan Irma slechts 10 procent van de huizen gerepareerd was. Volgens minister Knops van Binnenlandse Zaken in Nederland en Koninkrijksrelaties ligt dat aantal hoger.
De traagheid komt volgens de minister vooral door de politici van Sint-Maarten zelf, schrijft Caribisch Netwerk. Zo zou het anderhalf jaar hebben geduurd, voordat het Nederlandse aanbod om te helpen bij het herstel van de luchthaven werd aanvaard.
Ook zou de politieke instabiliteit voor verdere vertragingen kunnen zorgen, vreest Knops. Onlangs viel voor de negende keer sinds 2010 het kabinet van Sint-Maarten. Dat was het jaar dat het een zelfstandig land binnen het Nederlandse koninkrijk werd.
NOS