Lange tijd beschouwde ik Melvin Linscheer als een vijand. Ik zag hem als deel van het Bouterse kamp en Bouterse was mijn grootste aartsvijand. Vandaag zien mijn vrouw en ik en Melvin en zijn vrouw als dierbare vrienden. De relatie met Bouterse is veranderd van aartsvijand naar iemand met wie ik op een normale manier kan omgaan, met respect en waardigheid ongeacht de meningsverschillen die we met elkaar kunnen hebben.
Die veranderingen hebben zich in de afgelopen twee jaar in alle openheid voltrokken en zijn uitvoerig gedocumenteerd. Het is geen persoonlijk kwestie. Het is een weerspiegeling van maatschappelijke en politieke veranderingen.
De persconferentie van ex-minister Van der San waarin hij Linscheer beticht van het heulen met de vijand Santokhi geeft inzage in een wereld van denken die niet alleen bij Van der San bestaat. Het is in alle delen van de samenleving te vinden bij alle politieke partijen. Daarom is het goed om stil te staan bij de vraag hoe om te gaan met vijandbeelden. Ik doe dat aan de hand van de 8-Decembermoorden. Die moorden en de manier waarop daarmee is omgegaan, hebben een diepe kloof geslagen in de Surinaamse samenleving.
Ruim dertig jaar waren er twee kampen in een lange strijd verwikkeld: voor of tegen Bouterse en voor of tegen de berechting van de 8-Decembermoorden. Andere oplossingsmodellen waren er niet en de strijd zou net zo lang doorgaan, totdat iedereen overleden is, of totdat er een nieuwe geweldsuitbarsting zou uitbreken.
Op initiatief van Linscheer is er een dialoog ontstaan tussen hem en mij en dat heeft een klimaat geschapen voor een andere benadering om het probleem van 8 december op te lossen: dialoog. Je wilt niet eeuwig in staat van oorlog leven. Er moet een andere toekomst mogelijk zijn: een toekomst van vrede. Veel andere landen zijn Suriname daarin voorgegaan. Waarom zou het in Suriname onmogelijk zijn? Waarom mag er in Zuid-Afrika en Columbia wel vrede zijn en in Suriname niet?
Het traject dat we zijn begonnen heeft belangrijke tastbare resultaten opgeleverd, ook al ontkent de 8-Decembergroep dat in alle toonaarden.
Ten eerste, eindelijk heeft Bouterse zijn versie van wat er op 8 december is gebeurd in alle openheid vastgelegd. Dat is uniek en nooit eerder gebeurd. Het is op televisie uitgezonden. Het is al ruim 35.000 keer op YouTube bekeken. Het interview is uitgeschreven en opgenomen in het boek dat ik heb gepubliceerd. Ik heb zijn verhaal gecontroleerd aan de hand van eigen onderzoek (literatuur, archieven, informatie uit leger en inlichtingendiensten) en de gerechtelijke stukken van het 8-Decemberproces. Die controle bevestigt het verhaal van Bouterse: hij heeft de moorden niet gepleegd. Bhagwandas was de direct verantwoordelijke. Als je de conclusie niet deelt, dan ligt bij jou de verantwoordelijkheid om mijn informatie die openbaar is, af te zetten tegen jouw (controleerbare) informatie.
Ik hoor nog steeds mensen zeggen: Bouterse moet erkennen dat hij de moorden gepleegd heeft en dan kunnen we hem vergeven. Maar als hij de moorden niet gepleegd heeft, wat zegt het over de mensen die eisen dat hij verantwoordelijkheid neemt voor iets wat hij niet gedaan heeft? Het zegt ons dat ze vastgeroest zijn in oude vijandbeelden en niet in staat zijn om op basis van feiten en een moreel kompas te handelen. Overigens is er een politieke verantwoordelijkheid die Bouterse wel op zich heeft genomen, zoals de Nederlandse regering de politieke verantwoordelijk zou moeten nemen voor de Binnenlandse Oorlog, maar dat nooit gedaan heeft.
De getuigenis van Bouterse is de eerste en een heel belangrijke uitkomst van een traject van dialoog dat Linscheer heeft geĂŻnitieerd. Hij deed dat niet alleen vanuit zijn functie als directeur Bureau Nationale Veiligheid. Hij deed dat, omdat hij als mens vindt dat vrede beter is dan oorlog. Hij heeft de oorlog als militair meegemaakt en kent dus het alternatief voor vrede heel goed.
Ten tweede, het traject van de getuigenis heeft een stem gegeven aan mensen die nooit gehoord zijn geweest: de slachtoffers van de Binnenlandse Oorlog. Het gaat om militairen en hun nabestaanden, burgers in het binnenland, leden van het Jungle Commando en andere verzetsgroepen. Die stem hebben ze gekregen, omdat we het begrip politiek geweld hebben geïntroduceerd. De 8-Decembermoorden zijn geplaatst in een grotere context van politiek geweld. De monopolisering van leed door de 8- Decembergroep is doorbroken. Ze vormen 3 procent van alle slachtoffers. Maar ze zijn niet de enige slachtoffers. Anderen hebben ook geleden door politiek geweld. De overige 97 procent heeft een stem gekregen door activiteiten zoals de oprichting van het Comité Slachtoffers en Nabestaanden van Politiek Geweld onder voorzitterschap van Humphry Jeroe, de Dag van Nationale Rouw, het Pad van Verzoening en de handtekeningenactie voor de Wet erkenning slachtoffers politiek geweld. Dat was nooit gebeurd als het denken in vijandbeelden bij Linscheer en mij en daarmee bij delen in de samenleving was blijven bestaan. In het comité zitten mensen die zichzelf vroeger als vijanden zouden beschouwen en nu met elkaar samenwerken.
Ten derde, straks moet het parlement zich buigen over de Wet erkenning slachtoffers politiek geweld. Het begrip politiek geweld wordt hopelijk in de wet vastgelegd. Dan kan de overheid er daadwerkelijk beleid op maken. Wie had dat twee jaar geleden voor mogelijk gehouden?
Deze tastbare resultaten van dialoog en verzoening laten zien hoe belangrijk het is om ons denken in termen van âvijandenâ te veranderen in een nieuw denken in termen van dialoog. Een dialoog hoeft niet onmiddellijk tot verzoening te leiden, maar het opent de weg daartoe. Het denken in termijn van vijanden sluit die weg af.
Op zijn persconferentie heeft Linscheer begrijpelijkerwijs zich beperkt tot een uitleg van de formele kanten van dialoog: je deur moet altijd open staan voor de andere kant. Maar er is een aspect dat nog belangrijker is. Vrede bereik je niet alleen met formele gesprekken. Informele gesprekken zijn minstens zo belangrijk. Je moet in staat zijn om met je vijand te praten op plekken waar niemand je ziet. Dat is nodig om de ruimte te scheppen om te groeien naar de fase van formele gesprekken. Daar is niets mis mee.
Vervolgens moet je met je vijand een persoonlijke relatie kunnen ontwikkelen, waardoor vertrouwen ontstaat om samen de weg van vrede op te gaan. Je moet het vertrouwen krijgen dat je elkaar niet zal laten vallen als het bij tijd en wijle moeilijk zal worden. Die persoonlijke relatie ontstaat niet alleen in het praten over politiek. Het ontstaat tijdens etentjes, een wandeling, samen een film kijken, gewoon samen zijn. Je omgeving speelt een belangrijke rol. In het geval van Melvin en mij was de relatie tussen mijn vrouw Sitla en zijn vrouw Patty van doorslaggevend belang om de relatie tussen Melvin en mij te ontwikkelen van vijanden naar vrienden. Als oprechte en integere mensen elkaar ontmoeten, dan ontstaat automatisch vanuit dat persoonlijke samenzijn de relatie van vriendschap en vertrouwen die de basis vormen om een zwaar politiek traject als vrede uit te zetten.
Die houding maakt het ook mogelijk om te voorkomen dat vrienden vijanden worden. Melvin Linscheer en EugĂšne van der San waren vrienden. In het kader van mijn onderzoek naar politiek geweld bracht Melvin me op een dag naar EugĂšne thuis om kennis met hem te maken. EugĂšne verkeerde rond 1982 in kringen van advocaten en gaf me informatie over hoe daar hints gegeven werden over een aanstaande coup. Hij was in die tijd niet gecharmeerd van de militairen en een coup, mede vanwege zijn geloof in de rechtsstaat. Ik weet dat sommige mensen dat anders zien, maar eerlijk gezegd, vond ik EugĂšne heel erg sympathiek. Hij zat vol grappige en interessante verhalen. Hij gaf me zelfgemaakte sap waarover hij honderduit kon vertellen. Je verveelt je niet in zijn gezelschap.
Zo vertelde hij dat hij Bouterse kende lang voor de coup. EugĂšne werkte als ambtenaar. Bouterse was toen een kleine ondernemer die kisten met sinaasappelen verkocht aan ambtenaren en EugĂšne was zijn klant. Vanuit die aangename en prettige verhoudingen kon ik helemaal niet begrijpen dat hij op een persconferentie Melvin zo hard aanviel. Je zou denken dat hij Melvin eerst zou bellen om de zaken uit te praten. Maar goed, wat gebeurd is, is gebeurd.
Melvin reageerde op die aanval met een persconferentie waarin hij de beweringen van EugĂšne ontzenuwde en in de tegenaanval ging met een rechtszaak. Je ziet met lede ogen dat mensen die vrienden waren, veranderden in vijanden. En hier komt de les van de afgelopen week. Iets opbouwen duurt lang. Iets afbreken doe je in een seconde. Het vereist morele moed en kracht om dat te voorkomen. Beide heren hadden gemakkelijk in de vijandhouding kunnen blijven steken.
EugĂšne ging afgelopen donderdag met vakantie. Melvin belt hem daarvoor op. EugĂšne neemt op, ziet op zijn telefoon dat het Melvin is, maar zegt geen woord.
Melvin roept: âEugene van der San!â
Eugene antwoordt: âMelvin Linscheer!â In die groet was de verwijdering tussen hen gestopt.
Melvin vroeg: âWat doe je?â.
Eugene: âIk ga naar Zanderij.â
Melvin: âKom laat me je brengen no. Dan kunnen we praten.â
EugĂšne had kunnen blijven steken in de vijandhouding en dat aanbod kunnen afslaan. Maar hij koos ervoor om dat niet te doen. Hij stapte in de auto van Melvin en begon gelijk zijn verontschuldigingen aan te bieden.
Melvin vertelt me: âEugĂšne is geen slecht mens. Iedereen heeft zijn sterke en zwakke kant. Dat geldt voor hem en voor mij.â In de auto belt Melvin Cliff Limburg. Die moet raar opgekeken hebben, toen Melvin de telefoon doorgaf aan EugĂšne. Vervolgens nam Limburg de excuses van EugĂšne op en zond die uit in Bakana Tori. EugĂšne bleef natuurlijk bij zijn analyse over Santokhi, maar goed, dat is zijn mening. Daar heeft hij ook recht op.
Melvin en EugĂšne spraken af dat ze na zijn vakantie weer zouden bijpraten.
Ik vertel dit voorval met een reden. Suriname heeft een andere mindset nodig om zijn problemen op te lossen. Suriname maakt moeilijke tijden door, economisch en politiek. Het denken in termen van vijanden bestaat niet alleen bij Van der San. Het bestaat ook bij de VHP, NPS, NDP en andere partijen. Het 8-Decemberproces nadert zijn einde. Dan zal moeten blijken hoe diepgeworteld de vijandbeelden zijn en/of dat zal leiden tot een nieuwe geweldsexplosie. Dan breken er nog moeilijkere tijden aan.
Suriname heeft sinds 1980 drie amnestiewetten aangenomen. De eerste twee amnestiewetten zijn gerespecteerd door de rechterlijke macht. De derde niet. De Krijgsraad is op de stoel gaan zitten van de wetgevende macht en heeft daarmee de scheiding der machten opgeheven. Hij heeft zich boven de wet gesteld.
Alle pogingen om via juridische kanalen een vreedzame oplossing te zoeken voor 8-December zijn op niets uitgelopen. Het denken in termen van vijandbeelden heeft de weg van confrontatie steeds voorop gesteld. Als de Krijgsraad Bouterse veroordeelt â en dat verwacht ik gezien het politieke karakter van zijn handelingen â dan gaat dat besluit internationaal gebruikt worden door Nederland en zijn steunpilaren in Suriname om vrede in Suriname te frustreren. De regering zal de uitspraak van de Krijgsraad (de politici in toga) negeren, omdat het een politiek besluit is en zal doorgaan met regeren tot 2020. Intussen zullen de oppositie en de 8-Decembergroep de weg van confrontatie verder vervolgen en moord en brand schreeuwen over de verkrachting van de rechtsstaat, niet door de Krijgsraad, maar door de regering. Allerlei internationale organisaties zullen aangespoord worden om niet de Krijgsraad, maar de regering te betichten van aantasting van de rechtsstaat. Maar Nederland en Amerika zullen echt geen militaire invasie plegen in Suriname vanwege die uitspraak, dus zal het gaan zoals het altijd gaat: veel geschreeuw, weinig wol.
En dan zijn daar de verkiezingen van 2020. De pogingen om de regering eerder ten val te brengen via demonstraties is mislukt. De uitspraak van de Krijgsraad wordt dan inzet van de verkiezingen. De hete aardappel komt nu in de keel van Santokhi. Bouterse zal luid en duidelijk zeggen: de uitspraak van de Krijgsraad is een politieke uitspraak verpakt in juridische termen. Die uitspraak lost niets op. De oplossing zit in de weg naar vrede via dialoog en verzoening. Santohki heeft geen keus dan te zeggen: âNee Bouterse, de uitspraak van de Krijgsraad moet gerespecteerd worden. Ik ga je in de gevangenis gooien, ongeacht de gevolgen. Als dat leidt tot geweld, dan moet het maar.â
Santhoki kan niet met goed fatsoen zeggen: âIk respecteer het vonnis niet. Ik zal het niet uitvoeren. Ik geef toch maar amnestie om geweld te voorkomen.â Waar de regering steeds gehamerd heeft op amnestie en Santhoki die steeds heeft afgewezen, kan hij niet op zijn woorden terugkomen en toch amnestie geven om geweld te voorkomen. Gratie is een ander woord voor amnestie. Als hij dat doet, houdt hij zichzelf, de 8-Decembergroep en de hele wereld voor de gek en krijgt hij de naam van de grote lafaard die niet durft te doen wat hij steeds suggereert, namelijk Bouterse in de gevangenis gooien. Wat moeten de mensen zeggen die sinds 2000 bezig zijn met de rechtszaak met de verwachting dat Bouterse opgesloten zal worden? Ze zijn twintig jaar bezig met de rechtszaak met steun van Santokhi en krijgen eindelijk de uitspraak die ze willen. Als die vervolgens uitgevoerd moet worden, zegt Santokhi: âHet is leuk geweest, maar dat gaan we niet doen. We volgen toch de weg van amnestie.â
In 2020 moet het volk van Suriname kiezen tussen twee opties inzake de uitspraak van de Krijgsraad: Bouterse de gevangenis ingooien ongeacht de gevolgen in de vorm van een geweldsexplosie of de weg van vrede, dialoog en verzoening.
Wie denkt in termen van vijandbeelden, kent maar Ă©Ă©n manier om grote maatschappelijke problemen op te lossen: oorlog tot het bittere einde met als resultaat alleen maar verliezers. Melvin heeft laten zien dat er een andere methode is: dialoog in alle openheid en eerlijkheid. Die methode kent geen verliezers, maar uitsluitend winnaars.
Sandew Hira