Schiphol en de Rotterdamse haven vormen niet langer de motor van de Nederlandse economie. Verdere uitbreiding van deze twee zogenoemde mainports levert weinig op. Het volgende kabinet kan beter meer aandacht geven aan sneller groeiende regio’s als de Brainport Regio Eindhoven en het gebied rond de Amsterdam Internet Exchange.
Dat stelt de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI) in een advies dat vrijdag wordt aangeboden aan de Nederlandse regering. Volgens de RLI kan het aparte en dertig jaar oude mainportbeleid worden afgeschaft. Hiervoor in de plek moet een breder beleid komen genaamd ‘Strategie Vestigingsklimaat 2040’.
Het is een opmerkelijke ommezwaai in het denken over de economische ontwikkeling van Nederland. Schiphol en Rotterdam worden al decennia beschouwd als de belangrijkste pijlers van de economie, cruciaal voor het vestigingsklimaat en de internationale concurrentiepositie van Nederland.
Bereikbaarheid
Opeenvolgende kabinetten hebben miljarden geïnvesteerd in de bereikbaarheid van de mainports, onder meer door grote investeringen in de Tweede Maasvlakte, de Betuwelijn en treinstation Schiphol. Ook nu krijgt verdere groei van Schiphol prioriteit, zoals het kabinet benadrukt in de Actie-agenda Schiphol die deze week is besproken in de Tweede Kamer.
Hoewel het mainportbeleid veel heeft bijgedragen aan het succes van Schiphol en de haven van Rotterdam, is het nu tijd voor een koerswijziging, zo stelt de RLI. Het adviescollege vindt dat er veel meer aandacht moet komen voor de toegevoegde waarde die regio’s leveren aan de economie. Anders dan wordt aangenomen leveren Schiphol en Rotterdam geen bovengemiddeld groot aandeel aan de Nederlandse economie, zo stelt de raad.
Aandeel in bbp
Ook de rol van Nederland als transportland is kleiner dan vaak wordt gedacht. ‘Het aandeel van vervoer en opslag in het bruto binnenlands product (bbp) is nauwelijks hoger dan het gemiddelde aandeel in OESO-landen’, zo citeren de auteurs recent wetenschappelijk onderzoek. De bijdrage van de Rotterdamse haven aan het Nederlandse bbp is in de afgelopen vijftien jaar zelfs gehalveerd, becijfert RLI.
De Raad veegt de vloer aan met het streven van het huidige kabinet om de Rotterdamse haven en Schiphol verder in volume te laten groeien. Volgens het adviescollege leveren het vervoer van nog meer goederen en passagiers weinig op, gezien de beperkte toegevoegde waarde van deze activiteiten. ‘Extra vluchten op een druk bevlogen bestemming vanaf Schiphol kunnen nauwelijks nog extra economische activiteit genereren’, zo stelt de Raad.
Vierkante meters
Hetzelfde geldt voor Rotterdam, dat vooral belangrijk is als doorvoerhaven naar de rest van Europa. ‘Veel containers gaan ongeopend de grens over, verder Europa in. Aan die containers wordt geen waarde toegevoegd’, schrijven de auteurs. ‘De inzet van vierkante meters grond en arbeid in de doorvoer van goederen is zo inefficiënt, dat alternatieve inzet ervan in andere sectoren al op vrij korte termijn welvaartswinst kan opleveren.’
Het adviescollege pleit voor meer aandacht voor regio’s die wel bovengemiddeld snel groeien, zoals de Brainport Eindhoven en de Amsterdam Internet Exchange. Ook moet er meer worden geïnvesteerd in de verbindingen tussen de verschillende economische regio’s, die nu vaak met elkaar concurreren. Het kabinet moet bovendien meer oog krijgen voor de ‘zachte factoren’ van het Nederlandse vestigingsklimaat, zoals onderwijs, veiligheid en een stabiel belastingklimaat.
Kwetsbaar
De Raad waarschuwt dat met name de Rotterdamse haven kwetsbaar is voor mondiale ontwikkelingen die niet vanuit Nederland te beïnvloeden zijn. Zo is er de bedreiging van havens als Gdansk en Piraeus. De Griekse haven is in feite overgenomen door China. In de containeroverslag blijkt op dit moment al de gevoeligheid voor ontwikkelingen in China. Door de groeivertraging in dat land daalt de overslag in Rotterdam zelfs licht.
Fossiele grondstoffen
Ook het wereldwijde streven om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen maakt Rotterdam kwetsbaar, aangezien de haven voor de helft afhankelijk is van de op- en overslag en de verwerking van olie. ‘Bijna de helft van de overslag in Rotterdam bestaat uit fossiele grondstoffen, terwijl dat aandeel voor de havens van Antwerpen en Hamburg ten minste de helft kleiner is’, zo stelt de Raad.
FD
Bewerkt door: Redactie