De Amerikaanse rivierkreeft verovert het Nederlandse oppervlaktewater en begint een ware plaag te worden. Het beest vreet sloten kaal, waardoor planten en ander leven verdwijnen. Bovendien veroorzaakt de kreeft schade aan de oevers van sloten en andere wateren.
Ruim dertig jaar geleden kwam de Amerikaanse rivierkreeft niet voor in Nederland. Nu schatten kenners dat er vele honderdduizenden kreeften in de Nederlandse wateren zitten.
Als er zuurstof- of voedseltekort is in het water, kruipen de kreeften de sloot of gracht uit en gaan ze op zoek naar een betere verblijfplaats. De kreeft duikt inmiddels ook op in grote steden als Amsterdam en niet alleen in de gracht, maar soms ook gewoon op straat.
In 1985 werd de Amerikaanse rivierkreeft voor het eerst waargenomen in de Nederlandse wateren. Het gaat hier om wat in jargon een ‘invasieve exoot’ heet. De kreeft heeft nauwelijks of geen natuurlijke vijanden en vermenigvuldigt zich daardoor razendsnel. In principe eet de rivierkreeft vooral waterplanten, maar als het beest hongerig is, wordt het een alleseter.
Is er enige gelijkenis te vinden tussen deze genoemde ‘invasieve exoten’ en de ‘invasieve exoten’ – asiel- en gelukszoekers – die de Middellandse Zee oversteken richting EUropa?
Leest u het volgende citaat: āIn de Middeleeuwen was de rivierkreeft een voedselbron voor veel volkeren in Europa. Toen kwam de Europese rivierkreeft (Astacus) veelvuldig voor. Aan het einde van de 18e eeuw werd eerst de Amerikaanse rivierkreeft in Europa geĆÆntroduceerd. Daarmee werd de ondergang van onze inheemse soort ingeluid. Met de komst van deze exoot werd in onze wateren ook de schimmelziekte Aphanomyces astaci schikora ingevoerd. De schimmel tast het zenuwstelsel aan, waarna de besmette dieren uiteindelijk zullen sterven.”
Ahmad Jhawnie, aka ‘Abu Achmed al-Bewaquf al-Surinami’