Ik citeer uit het artikel ‘Isis en Suriname’ uit een artikel op een lokale website:
“Er is de afgelopen dagen terloops opgemerkt dat meerdere mensen uit Suriname zich hebben aangesloten bij de terreurorganisatie Isis. Aan deze opmerking zijn de gemeenschap en de media gewoon totaal aan voorbij gegaan. Suriname is een vreedzaam land dat veel te verliezen heeft, wanneer Isis-gangers na hun dingen in Syrie te hebben gedaan, terugkeren naar Suriname. […..]
In 2015 lanceerde de Amerikanen een bericht dat Isis-militanten de USA konden gaan infiltreren via de Caribische en Zuid-Amerikaanse landen. In 2015 werd gesproken over 100 personen, uit Trinidad, Suriname en Venezuela. Ons BNV zei dat het mogelijk was dat voormalige Surinamers met een Nederlandse paspoort in Syrië zijn, maar geen Surinamers. Het is noodzakelijk dat Suriname de zaak goed volgt en Isis-gangers direct oppakt en berecht voor strafbare feiten die ze in Syrië hebben begaan en ze constant volgt. Suriname heeft veel te verliezen.”
Naar schatting zijn 5.000 moslims uit Europa vertrokken naar Syrië en Irak. 1.000 tot 1.500 daarvan komen terug naar Europa. Veel van hen hebben vermoedelijk vreselijke misdaden gepleegd. Moeten ze bij terugkeer worden vervolgd of warm worden onthaald met een uitkering, huis en vrouw?
In een rapport dat de Nederlandse parlementariër Pieter Omtzigt aan het voorbereiden is, houdt hij een warm pleidooi voor het opzetten van een speciaal ISIS-tribunaal (naar analogie van bijvoorbeeld het Sierra Leone-tribunaal) om terugkerende Europese Syrië-strijders te vervolgen, omdat naar zijn mening zij zich schuldig maken aan genocide tegen religieuze minderheden en het introduceren van slavernij en slavenmarkten middels gevangen genomen vrouwen.
Ook via ‘universele jurisdictie’ moet het mogelijk kunnen zijn om de Europese ISIS-jihadisten te vervolgen. Artikel 6 van het ‘Verdrag inzake de Voorkoming en de Bestraffing van Genocide’ luidt: “Zij, die worden beschuldigd van genocide of enig ander in artikel III genoemd feit, worden berecht door een daartoe bevoegde rechtbank van de staat, binnen welks gebied het feit is gepleegd, of door een zodanige internationale strafrechter als daartoe bevoegd is ten aanzien van die verdragsluitende partijen, die de rechtsmacht van deze rechter hebben aanvaard.”
Zullen de hierboven genoemde genocideplegers worden vervolgd of worden geknuffeld? Het antwoord op deze vraag is verwachtbaar in juni 2017 wanneer de heer Omtzigt zijn rapport zal presenteren.
Noot: de Koran 5:32 zinspeelt op universele jurisdictie bij misdaden tegen de mensheid.
Ahmad Jhawnie