“Er is in Suriname – en dit zal ik tot mijn laatste ademtocht prediken – geen andere politiek denkbaar dan de verbroederingspolitiek. Wij kunnen een andere mentaliteit misschien op bepaalde punten hebben, maar er is een ding dat ons bindt en dat is de grond waarop onze wieg gestaan heeft, die grond bindt ons allen. Wij kunnen niet uit overwegingen van kleur, uit overwegingen van ras en uit overwegingen van godsdienst elkander gaan bestrijden. Ik hoop dat wij deze politiek zullen voortzetten en de wereld een monument zullen kunnen aanbieden, dat Suriname groot is geworden en in de rij der volkeren een plaats heeft weten te verwerven zonder dat er in ons land bloedvergieten hebben plaatsgevonden tussen broeders onderling en tussen anderen in Suriname…”, aldus Jagernath Lachmon (21 september 1916 – 21 september 2017) op 19 juli 1961 in de Staten van Suriname (het toenmalige parlement). (Evert Azimullah, 1986, p. 5).
Dr. Jules Sedney: “De verbroederingspolitiek is de romantische benaming van het verstandshuwelijk tussen de NPS en de VHP en van de politieke symbiose tussen de politieke leiders Johan Adolf Pengel (NPS) en Jagernath Lachmon (VHP). Het was gericht op het brengen van politieke stabiliteit, maatschappelijke stabiliteit, raciale harmonie en arbeidsrust. Raciaal geïnspireerde broedertwist moest tot elke prijs voorkomen worden. Hun volgelingen hebben er ruimschoots van geprofiteerd, het land is er niet slechter van geworden. Ze hadden elkaar nodig en hadden elkaar iets te bieden. Met het samengaan van de twee grote volkspartijen NPS en VHP brak een lange periode van politieke rust aan. Lachmon zijn naam als betrouwbare vriend en betrouwbare politieke bondgenoot was toen gevestigd en daarmee ook zijn gezag als politiek leider. Bij de verkiezingen van 1967 behaalde de NPS achttien zetels en kon zonder de VHP een regering formeren. Pengel kon de druk van economische belangengroepen in zijn politieke partij NPS niet weerstaan. Pengel was genoodzaakt, wilde hij de eenheid in zijn partij bewaren, aan deze druk toe te geven en verbrak de samenwerking met de VHP. Die beslissing werd zijn politiek einde en het einde van de verbroederingspolitiek. In 1969 werd Jopie Pengel ten val gebracht. Hij overleed op 5 juni 1970, op zeer jonge leeftijd. In 1973 is door de NPS de Nationale Partij Combinatie (NPK) met de nationalistische partij van Eddy Bruma (het romantisch nationalisme van de jaren 50 van de uit Nederland teruggekeerde creoolse academische elite “Wie Eegie Sanie”) geformeerd en dat bracht ons naar de staatkundige onafhankelijkheid in november 1975. Het resultaat van zeven jaar creoolse eenheid (1973-1980), was zeven jaar militaire dictatuur (1980-1987)”, aldus Sedney.
Bekijk hier Jagernath Lachmon’s laatste verjaardag. Een compilatie van: Roy Khemradj en Pavan Marhé.
Jopie Pengel: “Ik houd niet van het woord “creolen”, maar ik zeg het toch. Creolen, Hindostanen, Indonesiers, Chinezen en alle andere bevolkingsgroepen die hier samengekomen zijn, moeten een ding goed begrijpen: het geldt voor alle groepen te weten dat ze onderling in vrede hebben te leven en gemeenschappelijk hebben te arbeiden aan de opbouw van ons geliefd land. En ik hoop dat nimmer gezegd zal kunnen worden dat wij het niet hebben begrepen. Wij zullen het moeten begrijpen. (Jules Sedney, 1997, p. 48).
Lachmon: “Ik heb de gemeenschap vanaf het begin van mijn politieke loopbaan willen aantonen, dat de VHP onder mijn leiding, politieke macht altijd met anderen zal delen en wel op een eerlijke wijze. Suriname is een land waar drie grote bevolkingsgroepen met elkander als broeders hebben te leven .En daarom kunnen wij onze politiek in vele opzichten niet vergelijken met een politiek van een ander land, waar U alleen een bevolkingsgroep hebt en er onder die bevolkingsgroep verschillende partijen zijn”. (Evert Azimullah, 1986, p. 98).
“Ook na de breuk tussen de beide leiders en hun partijen is Lachmon voortgegaan met het propageren van de verbroedingspolitiek. Zijn conflict vermijdende attitude kwam in de praktijk neer op een dusdanige accommodatie, dat Lachmon vrijwel permanent bereid was de tweede viool te spelen in het land.” (Evert Azimullah, 1986, pp. 97-98).
Jopie Pengel: ..“toen ik meer belangstelling voor Lachmon begon te hebben, zag ik duidelijk, dat ik te doen had met een voorzichtige politicus, die slechts na rijp beraad zijn standpunt bepaalde. Grote waardering voor zijn moed en principieel denken kreeg ik in Nederland tijdens de conferentie van 1952. In het parlement van Suriname bleek Lachmon een moedige politicus te zijn, die niet bang was de meest verstrekkende beslissingen voor zijn partij te nemen. Ik vond veel steun bij Lachmon later op grote momenten notabene terwijl ik volkomen, ja niet ik, maar mijn partij (NPS), door eigen partijmensen in de kou werd gelaten. Zo ontstond tussen Lachmon en mij een groeiproces, dat uiteindelijk zou resulteren in een samengaan van de NPS en de VHP.” (Hans Breeveld, 2000, pp. 176-177).
Leendert Doerga