Het recht om anderen te bespreken:
Eenieder (lees: een persoon of een rechtspersoon) heeft het recht om een andere (lees: een persoon of een rechtspersoon) te bespreken. Dat doen we elke dag in kleiner of groter verband. Dit recht is een onderdeel van het mens-zijn en behoort tot de oerrechten (het natuurrecht)…. Kunt u zich nog heugen dat Adam na de zondeval Eva besprak bij God, door in het openbaar (hof van Eden) aan God te zeggen: “De vrouw, die gij mij gegeven hebt, die heeft mij van dien boom gegeven en ik heb gegeten.”
Samenlevingen hebben dit recht gepositiveerd door het recht van vrije meningsuiting en persvrijheid te erkennen bij wet en tegelijkertijd beperkingen op te leggen aan dat recht vanwege het aloude gevoel van schande en later (materiële) schade die kan ontstaan als je iemand in het openbaar negatief bespreekt. Die beperking hebben ze gevonden – ook gebaseerd op beginselen van het natuurrecht – en genoemd het recht op privacy.
Je mag je mening over een andere uiten…………
Maar als…………
je met opzet iemands goede naam en eer in het openbaar aantast – ook al is het waar en bewezen wat je zegt – ben je strafbaar (art. 320 van het Wetboek van Strafrecht); gevangenisstraf van een jaar of geldboete. Samengevat heet dit smaad of smaadschrift.
En als………………
je leugens over strafwaardig gedrag van iemand verspreidt die je niet hebt kunnen bewijzen en die dus niet zijn komen vast te staan, wordt je nog zwaarder gestraft wegens laster. Namelijk een gevangenisstraf van drie jaar.
Het recht om anderen (al dan niet in het openbaar) te bespreken heeft thans zodanige vormen aangenomen via de pers en sociale media dat mensen nu letterlijk aan de digitale schandpaal worden genageld, zonder daar iets tegen te kunnen doen…. Het recht op privacy wordt hierdoor illusoir en ontstaat er imagoschade.
Ware of onware informatie die iemand heeft over een andere – met een strekking van strafbaar gedrag – moet aan het Openbaar Ministerie (OM) worden voorgelegd voor onderzoek! Als uit dat onderzoek mocht blijken dat er strafbare feiten zijn gepleegd, zal dit in de openbaarheid moeten worden gebracht door het OM middels een dagvaarding. Niemand anders heeft die bevoegdheid in een rechtstaat! Indien het OM dat strafbaar feit niet onderzoekt of vervolgt, kan via een artikel 4 strafvorderingsprocedure bij het Hof van Justitie, de procureur-generaal bevolen worden tot zodanig onderzoek en vervolging.
Wat als………
– Robby Berenstein, C-47 en de pers niet juist of onvolledig geïnformeerd zijn door de klokkenluiders over de Surinaamse Postspaarbank (SPSB) en de prominente cliënten door gebrek aan kennis bij de klokkenluiders over de dossiers van de cliënten?
– hun stelligheid en overtuiging en die van de klokkenluiders over corruptie op losse schroeven komen te staan, indien de dossiers worden doorgenomen?
– uit het onderzoek van Financiën en in het bijzonder van de pg blijkt dat de door – met namen genoemde prominente – cliënten van de bank ontvangen gelden, wel gedekt zijn middels arrangementen en hypotheken of andere zekerheden en dat geen doorhalingen en kwijtscheldingen zijn gepleegd zoals stellig wordt beweerd?
– er geen sprake is van corruptie of malversatie……dus niemand is bevoordeeld of benadeeld ten koste van een ander?
– deze PEP’s (Politically Exposed Persons) en wellicht ook niet-prominente cliënten en de SPSB onterecht materiële en immateriële schade hebben geleden door deze hele heisa;
– Berenstein, C-47, de klokkenluiders en enkele mediahuizen de schade van hen en de SPSB moeten vergoeden vanwege laster en/of smaad en zij daardoor over de kop gaan?
En wat als………
– de informatie over bevoordeling van cliënten ten koste van de SPSB juist is en de florerende rechtspersoon SPSB, over de kop gaat? N’importe als koppen binnen en buiten de SPSB zullen rollen, hetgeen terecht zal zijn als er bewust benadeling casu quo bevoordeling heeft plaatsgevonden, middels doorhalingen van leningen en kwijtscheldingen.
Deze ondoordachte en in strijd met het recht ondernomen actie van Berenstein en zijn klokkenluiders, C-47, alsook enkele mediahuizen, zal deze of gene duur komen te staan. Dit, omdat naar het zich laat aanzien, deze strijd uit prestige overwegingen, tot het bittere eind zal worden gestreden en geen van de groepen/personen imago of materiële schade zal willen lijden of dragen. Het probleem is onnodig erger geworden, omdat de politiek zich ermee is gaan bemoeien. Het zou beter zijn geweest als het OM en de financiële autoriteiten de ruimte was geboden om in alle stilte deze kwestie te onderzoeken om daarna eventueel actie te ondernemen en politiek te scoren.
Het wordt in elk geval een rechtsstrijd, omdat ook de SPSB de procureur-generaal heeft gevraagd voor een strafrechtelijk onderzoek wegens diefstal van bankgegevens, smaad en laster en indien nodig een artikel 4 strafvorderingsprocedure zal opstarten. De bank zal ongetwijfeld ook bezig zijn de schade op te maken om wegens onrechtmatige daad en belediging voor de leggen aan de civiele rechter voor schadevergoeding eventueel op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
En wat als…………
de prominente cliënten van de bank, die ten onrechte – zonder schroom – publiekelijk met naam en toenaam zijn genoemd, zich gaan roeren tegen de bank en de lasteraars, omdat enerzijds hun financiële zaken van de bank openbaar zijn gemaakt en ze anderzijds in hun eer, waardigheid en goede naam zijn geschaad?
Het laatste woord is niet gezegd, houdt u zich schrap!
Mr. Lallirot Torilall