In mei 2019 is Suriname opgeschrikt door het verwerpelijke corruptieschandaal bij de Surinaamse Postspaarbank (SPSB). Dit schandaal lijkt de geschiedenis in te gaan als één van de meest geraffineerde Surinaamse corruptieschandalen. De hoofdschuldige van dit schandaal is de regering cq de president. Onze beleidsmakers hebben een grote blunder begaan bij het aanstellen van de directeur. Hoe is het in hemelsnaam mogelijk dat men een technicus gaat aanstellen als hoogste verantwoordelijke van een financiële instelling. Dit is één van de zoveelste afkeurenswaardige beleidsmaatregelen van de regering-Bouterse.
We merken steeds weer dat deze regering de gevolgen van haar handelingen niet kan inschatten/voorspellen. De negatieve gevolgen van de handelingen van de regering hebben steeds weer grote negatieve impact op de Surinaamse economie. Wij zien ook dat één van de adviseurs van de SPSB-directeur, wiens naam ook staat in de uitgelekte documenten, benoemd wordt tot governor van de Centrale Bank van Suriname. Gezien deze handeling gaat de wisselkoers onder druk komen te staan ja, omdat de wisselkoers afhankelijk is van de dekkingsgraad en het vertrouwen in de monetaire autoriteiten.
De minister van Financiën geniet al lange tijd niet het vertrouwen van de Surinaamse samenleving vanwege zijn nonstop gulzig leenbeleid. Daarnaast doet hij steeds voorspellingen die uiteindelijk gebakken lucht blijken te zijn wanneer puntje bij paaltje komt. Daarna leeft deze minister structureel op gespannen voet met gerenommeerde en gerespecteerde instituten als de Vereniging van Economisten in Suriname (VES).
Tot op heden is het nog steeds onduidelijk waarom de vorige governor is ontheven. Bij het aantreden van de huidige governor is er gelijk SRD 670 miljoen SRD geleend aan de regering. Terwijl deskundigen aangaven dat dit monetaire financiering is, werd dit door de monetaire autoriteiten in alle toonaarden ontkend. De afgelopen weken werden wij geconfronteerd met een mededeling dat de wisselkoers officieel van SRD 7,52 naar SRD 7,85 gaat voor de Amerikaanse dollar. Deze week geven de monetaire autoriteiten aan dat er in de afgelopen periode maar voor SRD 670 miljoen monetair is gefinancieerd. Wie houdt wie nu voor de gek? Hoe wil de regering bewerkstelligen dat het volk geloof heeft in het huidige desastreuze economisch beleid? Dit is de zoveelste bewijs van dat de regering een loopje denkt te nemen met het intelligentievermogen van het volk.
Niet alles wat blinkt is goud
Tijdens het bewind van de technicus als SPSB-directeur denkt eenieder dat het koek en ei is. Zelfs een gerenomeerd instituut als Leadership Management International (LMI) is erin getrapt. Dit instituut heeft de SPSB-directeur onderscheiden met zowel een regionale als een internationale award. De internationale prijs ‘LMI World Client of the Year Award 2018’ is eind maart 2019 in Texas aan de technicus uitgereikt vanwege zijn ‘vernieuwd leiderschap’ bij de SPSB.
Ik vraag mij wel af wat het doel van het vernieuwde leiderschap was, maar het effect is wel duidelijk geworden. Ik hoop dat LMI het proces tot intrekken van deze zeer belangrijke awards reeds heeft ingezet, hetzij na het officiële onderzoek door het Openbaar Ministerie (OM). Het niet intrekken van deze awards zal de emotionele waarden van deze awards dodelijk treffen. Hopelijk heeft LMI ingezien dat niet alles wat blinkt goud is, want tegenwoordig zijn er veel ‘blieng-bliengs’ in omloop, waarbij kettingsrovers zichzelf in de problemen zetten. Het verschil tussen echte en namaak is moeilijk te onderscheiden.
Algemene opmerkingen
Het is overduidelijk dat president Bouterse ons met de neus op de feiten heeft gedrukt. Hij heeft steeds gebruikgemaakt van de mazen in onze wetgeving om zijn wil door te drukken en allerlei vrienden te accommoderen op sleutelposities. Vanwege het ontbreken van wettelijke profielen voor ministers, departements- en directieleden van staatsbedrijven heeft hij ongebreideld allerlei personen benoemd op deze posten.
Het beleid van de president duidt duidelijk op het regeren naar verkiezingswinst door middel van populisme, maar niet om de toekomst van het land en de komende generaties veilig te stellen. Het wordt tijd dat Suriname dichtgetimmerd wordt met effectieve wetgeving, waardoor onverantwoordelijke handelingen van de huidige president niet voor herhaling vatbaar zijn. Hij gebruikt de slogan: “We can do the job”. Mijn vraag aan hem is: ‘which job’?
De algemene situatie in het land geeft duidelijk aan dat het niet de job is ter verheffing van land en volk, waardoor deze slogan als een lachertje mag worden beschouwd ten gunste van de lachspieren. De vicepresident stelt dat een staatsschuld van US$ 2 miljard ten opzichte van de US$ 200 miljard aan bodemschatten als het ware verantwoordelijk is. Laat de vicepresident weten dat Venezuela de grootste olievoorraad ter wereld in de bodem heeft, maar momenteel het armste land van Zuid-Amerika is vanwege het populistische linkse beleid.
De waarde van wat in de grond is minus de exploratie- en exploitatiekosten bepaalt de daadwerkelijke economische waarden van onze bodemschatten. De ervaring met het beleid van de huidige regering leert ons dat wij niet veel aan economische waarden van onze bodemschatten moeten verwachten, als deze bodemschatten geëxploiteerd zullen worden onder de huidige regering. Het plannen en uitvoeren van projecten is triest onder de huidige regering. Dus vicepresident: liever één vogel in de hand, dan tien in de lucht!
Ruben Ravenberg, Ph.D, MBA
rub_rav@yahoo.com