Er bestaat nog steeds een verschil van mening over, als de Derde Wereldlanden een belangrijke rol in de Olympische Spelen kunnen realiseren. In de Olympische Spelen van Rio 2016 is het bewezen dat in bepaalde sporttakken de derde wereldlanden wel goede sportresultaten kunnen oogsten. Alles hangt af van een goede sportplanning met betrekking tot de sportvertakking in het land. Het voorgaande is waarschijnlijk het gevolg van een combinatie van factoren dat verwijst naar een succes in de sportresultaten.
Ik noem hier slechts de invloed van de school als institutie en de familie, die de bronnen zijn van de sportresultaten. Het beoefenen van een sporttak op school bevordert de socialisatie, waarvan aan de ene kant de basische waarden van de gemeenschap en de erkenning van de culturele diversiteit worden versterkt en aan de andere kant de teamspirit en de specialiteit worden verworven.
De sportbeoefening op school richt zich in het bijzonder op de begeleiding van de familie. Wonende 35 jaar in Medellin, Colombia, heb ik geobserveerd hoe de ouders een belangrijke rol spelen in de motivatie van hun kinderen. Maar ik heb ook waargenomen hoe sportexperten jonge talenten ontdekken op het lager onderwijs in bepaalde sportrichtingen. Een derde observatie: de begeleiding van deskundigen zoals psychologen, sportmedici, groepstherapeuten en voedingsspecialisten met betrekking tot de jonge talenten.
De vraag die nu bij dit alles rijst is: wanneer besteden de jonge talenten hun tijd om een sportactiviteit te verwezenlijken? Het zijn juist de zaterdagen en zondagen wanneer de famieleden zich verenigen op de sportevenementen om hun jonge talenten te stimuleren. Verder trainen de jonge talenten twee keer per week na de schoolactiviteiten. Goed bekeken is het natuurlijk ook mogelijk in Suriname, indien het schoolsysteem gericht is naar een flexible pedagogische methode.
Ten aanzien van het voorgaande geeft men meer voorkeur aan een pedagogische methode met een humanistische, openhartige, vermakelijke, levendige, participerende en transformerende tendentie. Het kan ook zijn dat het lager onderwijs in Suriname eenzijdig is en niet voldoet aan de keuzemogelijkheden op het gebied van sport. Maar mijn centraal idee is het volgende: een land zonder een sportplanning kan geen sportresultaten oogsten. De lichamelijke en sportieve vorming begint bij het lager onderwijs. Ik zal enige voorbeelden geven, hetgeen samenhangt met het hierboven gezegde.
Het is een feit dat Colombia altijd goede resultaten haalt in de Olympische Spelen op het gebied van het opheffen van gewicht en boksen. De planning begint vanuit de sportvolksscholen in de armoedige stadswijken en streken in het kader van de jonge leeftijden in Colombia. Bekijkt men de Colombiaanse situatie op het gebied van wielersport, dan observeert men dat het succes begint vanuit de sectie van kinderen. De invloed van de ouders op hun kinderen om de BMX of fietscross te beoefenen is erg groot. De prestaties op de Olympische Spelen betekent veel.
De planning als proces kan starten vanuit de fietsscholen of clubs voor kinderen tot de jeugdcategorie. Maar met deze voorbeelden ben ik natuurlijk niet klaar. Ik wil de aandacht vestigen op het voetballen. In Duitsland heeft men voetbalscholen voor kinderen waar vandaag de bekende voetbalspelers komen. In de loop van de tijd is Colombia planmatig begonnen zowel met de kindervoetbal als de jeugdvoetbal. Bijvoorbeeld: elke stadswijk heeft een aantal voetbalscholen voor kinderen. Bepaalde bedrijven hebben hun eigen voetbalscholen gericht voor de kinderen van de arbeiders.
Verder de universiteiten organiseren voetbalcursussen voor kinderen. Een grote belangstelling voor kindervoetbal kan als alternatief fungeren voor gymnastiek of atletiek met betrekking tot jongens en meisjes op school, maar beide kunnen ook samengaan. Met andere woorden, kinderen vormen een groot potentieel op het gebied van sport. Met het voorgaande, wil ik wijzen hoe men in de stedelijke gedeelte van Colombia een competitieplan heeft opgebouwd, waarin scholen en bedrijven tegen elkaar uitkomen in het kader van de kindervoetbal. Daarbij moet ik nog ook toevoegen de begeleiding van de ouders bij elke voetbalwedstrijd van hun kinderen.
Tenslotte, het beoefenen van een sport is een van de fundamentele rechten van elk kind, zonder onderscheid ten aanzien van ras, religie, economische of sociale omstandigheden. De sportplanning moet beginnen op basis van de kinderbevolking in Suriname.
John Harold Biervliet