Met de uitbetaling van scheidsrechters, vandaag, voorkwam de Surinaamse Voetbalbond (SVB) dat de lopende competitie in de eerste en tweede divisie zou worden lamgelegd. De fluitisten hadden gedreigd alles plat te zullen leggen, indien hun gelden tot uiterlijk vandaag omstreeks 12.00 uur niet zouden zijn overgemaakt. Naar verluidt vernam de SVB-leiding het waarschuwingssignaal en handelde snel om erger te voorkomen.
“Arbiters die bij de Hakrinbank een rekening hebben beschikken reeds over hun gelden,” bevestigt Oscar Adang, één van de trekkers van de scheidsrechters groep. De overige scheidsrechters die bij andere banken aangesloten zijn zullen nog even moeten wachten.
Adang denkt dat binnen twee werkbare dagen de rest ook over hun gelden zal beschikken. Met de recentste ontwikkeling betekent het dat de voortgang van de competitie dit weekeinde gegarandeerd is.
Volgens informatie van Adang zou SVB-directeur, Mitchell Kisoor, vanuit Honduras contact met de trekkers hebben gemaakt. “Hij heeft mij gevraagd hen tot woensdag de tijd te geven. Ik zei tegen hem dat wij tot woensdag 12.00 uur de ruimte geven. Als wij niets hadden gezien zouden wij niet fluiten.”
Naar zeggen van Adang ging het om een groep van dertig scheidsrechters, die moesten worden uitbetaald. Echter zijn er ruim zestig gevaccineerde arbiters voor de eerste en tweede divisie. “Niet alle gevaccineerde arbiters worden ingezet. Er is een procedure hoe je bij wedstrijden wordt ingezet. De voorwaarde is dat je moet komen trainen en up-to-date met de spelregels moet zijn,” legt Adang uit.
Afgelopen weekeind gaven de officials reeds een signaal door competitiewedstrijden in zowel de tweede als eerste divisie later te laten beginnen. Aanvankelijk wilden de fluitisten meteen alles stilleggen, maar kozen door tussenkomst van head of referee Robert Obergh, voor eerstgenoemde. Volgens Adang waren de verenigingen op de hoogte gesteld.
“Men begreep ons en toonde begrip voor onze actie.” Adang hoopt dat dit voorval zich niet meer zal herhalen. “In het vervolg gaan wij het lamleggen. Ik denk niet dat men dit weer zal laten gebeuren.”