De Algemene Bevrijdings- en Ontwikkelingspartij (ABOP) is niet meer weg te denken uit de Surinaamse politiek. Dit zegt ABOP-ondervoorzitter Marinus Cambiel in gesprek met Suriname Herald. De partij vierde op 11 februari haar 29ste verjaardag.
Cambiel laat weten dat de partij zich nu in een positie bevindt waar er gesproken kan worden van een nationale partij. De ABOP heeft ondanks de moeilijke periode in de afgelopen jaren toch een groei gehad. Een partij met nul zetels is vandaag de dag gegroeid tot een partij met vijf zetels in het parlement, laat de ondervoorzitter weten.
Dit is niet op zichzelf gebeurd, maar door hard werken van partijvoorzitter Ronnie Brunswijk. De partij heeft tien jaar deelgenomen aan een regeercoalitie. In de periode 2005-2010 heeft de ABOP in AC-verband samen met de BEP en Seeka de regering met de Nieuw Front-combinatie gevormd. Van 2010-2015 maakte zij weer deel uit van de regering met de BEP en Seeka, maar dan met de Mega Combinatie.
De ABOP heeft in deze periode een bijdrage kunnen leveren aan de ontwikkeling van Suriname, maar niet in voldoende mate, omdat de partij niet zoveel zeggenschap had in de regering. Desondanks heeft de partij haar bijdrage kunnen leveren vanuit de positie die zij had, aldus de ondervoorzitter.
Cambiel merkt op dat de partijleiding niet ontevreden mag zijn over de prestaties van de partij in de afgelopen 29 jaar. In het kader van de verjaardag heeft de partij afgelopen zondag een feestvergadering gehouden in het district Brokopondo. Cambiel meent dat de achterban van de partij daar heeft bewezen dat zij nog achter de partij staat. Ondanks de ABOP in de oppositie zit, is de groei binnen de partij te merken. Dit komt, doordat de partij zichzelf heeft bewezen toen zij aan de macht was. Het vertrouwen is er en de mensen kijken uit naar de partij om het roer over te nemen, legt Cambiel uit.
Brunswijk heeft de partij al 26 jaar geleid. Over zijn functioneren is er niets te klagen. Hij heeft laten zien dat hij de absolute leider is, zegt Cambiel.