ABOP-volksvertegenwoordiger Dinotha Vorswijk vindt dat de leiding van het Ministerie van Handel, Industrie en Toerisme misleidend bezig is. De brief die naar de media is gelekt over de beëindiging van haar dienstverband op het ministerie, wordt volgens haar anders vertaald dan wat het is.
Vorswijk die voor haar assembleelidmaatschap beleidsmedewerker op het ministerie was, is de wacht aangezegd door de leiding van het ministerie. Als reden is gegeven dat Vorswijk niet wil werken, terwijl zij wel het maandelijkse geld ontvangt.
Vorswijk zegt dat ze werkelijk vanaf 2016 niet is verschenen op het ministerie. De mensen die op het ministerie zitten, weten volgens haar ook waarom zij niet meer is verschenen. Ze legt uit dat ze niet heeft kunnen functioneren, omdat ze sinds de machtswisseling geen plek heeft om te werken.
Ze vraagt zich af of ze op de gangen van het ministerie moet gaan staan of dat ze op de stoep van het gebouw moet zitten om te werken. Ze weerspreekt de aantijgingen aan haar adres en ziet dit als een politieke set van NDP-toppers die op het ministerie zitten. Indien zij mij niet daar willen hebben vanwege hun beleid, dan moeten ze dat gewoon zeggen.
Ze vindt de beschuldigingen aan haar adres onterecht en schaamteloos. Haar advocaat heeft op de brief gereageerd en is op dit moment bezig na te gaan hoe deze zaak aangepakt zal worden. Zij zal na adviezen van haar raadsman niet ervoor schromen om gerechtelijke stappen tegen het ministerie te ondernemen.
Naar haar zeggen heeft dit niets te maken met dubbele functies. Het is een politiek spel dat men aan het spelen is. Ze legt verder uit dat er nooit een aanmaning naar haar is gestuurd. Indien zij politiek willen bedrijven, moeten ze dat doen, maar mij op deze manier bekladden, zal hen niet lukken, aldus Vorswijk.