De Centrale Bank van Suriname (CBvS) heeft de rapportageplicht van banken over valutakasstortingen versoepeld. Rekeninghouders moesten voorheen bij stortingen vanaf $3.000 en 3.000 euro, met onderliggende documenten de herkomst van de contante middelen aantonen. De CBvS heeft deze grens opgetrokken naar $5.000 en 5.000 euro. Deze wijziging geldt vanaf vandaag.
Verschillende bankinstellingen brengen ook kastransactiekosten in rekening voor opnames en stortingen van Amerikaanse dollars en euro’s. De CBvS doet een beroep op de banken om deze kosten te minimaliseren. De bankinstellingen zullen individueel nagaan hoe hier invulling aan kan worden gegeven.
Ook worden de opname- en stortingskosten die rekeninghouders moesten betalen, per vandaag afgeschaft. Door het wegvallen van deze kosten die bij de banken in rekening werden gebracht door de moederbank voor giraal bankieren in Surinaamse dollars, zijn de banken in staat de kosten voor contante transacties in Surinaamse dollars te laten vervallen.
Het in rekening brengen van kosten voor contante transacties was in lijn met de hogere kosten die gepaard gaan met de verscherpte maatregelen ter voorkoming van witwassen en het financieren van terrorisme.
De Centrale Bank wenst met deze maatregel het publiek aan te moedigen om gebruik te maken van het financiële systeem.