In de conceptwet ‘bescherming moederschap’ is er geen rekening gehouden met het draagmoederschap. Dit geeft minister Soewarto Moestadja van Arbeid vandaag te kennen in De Nationale Assemblee (DNA) bij de behandeling van deze wet, waarbij hij antwoord gaf op vragen gesteld door parlementariërs. Er is tevens geen bijzondere wetgeving met betrekking tot het draagmoederschap.
Draagmoederschap houdt over het algemeen in dat een vrouw een buiten haar lichaam bewerkstelligde embryo van een man en een vrouw in haar lichaam doet implanteren en een kind ter wereld brengt. Volgens Moestadja zou zo een vrouw bij het Centraal Bureau voor Burgerzaken als moeder worden geregistreerd, omdat ze van een kind is bevallen. In Suriname is degene die het kind baart nog altijd de wettelijke moeder. Haar eventuele echtgenoot is dan ook de wettelijke vader.
Het is echter niet bekend hoeveel kinderen in Suriname via draagmoeders ter wereld zijn gebracht. De minister is wel van mening dat dit een interessant onderwerp is dat onderzoek behoeft.
Formeel bestaan draagmoeders niet in Suriname, omdat het niet middels wetgeving is geregeld, legt Moestadja uit. Tevens is dit aspect ook niet meegenomen in de Wet bescherming moederschap. Praktisch komt het erop neer dat de informele draagmoeder wel in aanmerking komt voor zwangerschap- en bevallingsverlof. Ook haar geregistreerde echtgenoot of partner komt in aanmerking voor het vaderschapsverlof.
Voor vrouwen die niet in staat zijn om zelf een zwangerschap uit te dragen, kan draagmoederschap een mogelijkheid zijn. Bijvoorbeeld wanneer een vrouw geen baarmoeder meer heeft of de baarmoeder misvormd is. Een zwangerschap komt bij draagmoederschap meestal tot stand door middel van kunstmatige inseminatie met zaadcellen van de wensvader, maar ook via in vitro fertilisatie (IVF).
Vishmohanie Thomas