Het Ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) stimuleert het coöperatiewezen in Suriname en stelt dit als basis voor een betere samenwerking tussen agrariërs. Tijdens de feestelijke heropening van de Nieuwe Grondmarkt sprak LVV-onderdirecteur Landbouw Ashween Ramdin het belang van goed coöperatiewezen.
De markt, nu 40 jaar oud, wordt bestuurd door de Coöperatie Vereniging Zondagse Markt Nieuwe Grond. Het is volgens onderdirecteur Ramdin een feit, dat de twee meest succesvolle coöperaties afkomstig zijn uit het district Wanica, namelijk landbouwcoöperatie Nieuwe Grond en Kwatta. Dit hebben zij bereikt middels een goede samenwerking tussen de plaatselijke agrariërs. Ramdin stelde hen als voorbeeld voor andere gebieden.
Voor een duurzame ontwikkeling van de landbouw is het van belang dat landbouwers een coöperatie vormen. Een coöperatie is een sociaal-economische organisatie van personen, die zich vrijwillig hebben verenigd om gemeenschappelijke doelen te bereiken, die als individu onbereikbaar zijn. De aard van de coöperatie hangt af van de behoefte van de belanghebbenden. De afzet van de productie, het aanschaffen van producten en productiemiddelen, het realiseren van faciliteiten om te kunnen produceren, het verwerken en het organiseren van de productie zelf, maken deel uit van de activiteiten van een coöperatie. In coöperatieve organisatiestructuren kunnen landbouwers naast meer en beter produceren, samen overleven en groeien.
Op het ministerie geeft de Afdeling Coöperatiewezen middels trainingen, voorlichting, begeleiding en controle, ondersteuning aan landbouwers in coöperatieverband. Belanghebbenden die zich willen bundelen in een coöperatie, worden door deze afdeling begeleid op het gebied van landbouw en veeteelt.
Minister Rabin Parmessar heeft bij zijn aantreden op het ministerie benadrukt, dat Suriname op agrarisch gebied alleen vooruit zal gaan als eenieder de handen inéénslaat. Het ministerie ondersteunt te allen tijde agrariërs die zich bundelen in het voordeel van de sector. Echter, hij vereist wel van de landbouwers dat zij zich houden aan de voorwaarden met betrekking tot voedselveiligheid en wel het telen van gewassen volgens de regels van Goede Agrarische Praktijken. Veilig en voldoende voedsel is een recht van elke burger, aldus Parmessar.