De machtsovername van februari 1980 onder leiding van de toenmalige legerleider Desi Bouterse, thans president van Suriname, was geen revolutie, maar een ordinaire staatsgreep. Dit zei de gewezen leider van het Junglecommando, nu voorzitter van de ABOP, Ronnie Brunswijk, vrijdagavond tijdens een lezing georganiseerd door de jongeren van zijn partij. De lezing had als thema: āBusi konde kon sabi ambe da yuā.
In de jaren 80 was er geen sprake van een volksopstand. De militairen namen de macht over middels een staatsgreep. De burgers mochten geen kritiek leveren op het gevoerde beleid. Brunswijk bracht ter herinnering de avondklok die werd ingesteld en de situatie die uitzichtloos was in het land. Armoede en mensenrechtenschendingen vierden hoogtij.
Vijftien critici die openlijk hun mening gaven over de gang van zaken werden op 8 en 9 december 1982 om het leven gebracht. De rechter zal binnenkort een vonnis vellen in deze zaak.
Brunswijk liet weten dat hij de situatie met lede ogen heeft moeten aanzien. Hierom richtte hij een strijdgroep met de naam Junglecommando op, om te strijden tegen het onrecht dat de Surinaamse gemeenschap werd aangedaan. Wat voor hem belangrijk was, was de terugkeer van de democratie. De strijd tussen het leger en het Junglecommando was geen gemakkelijke strijd. Echter, de strijd heeft zijn nut bewezen, is de politicus van mening.
Brunswijk benadrukte dat hij besloten had om de wapens van de militairen af te pakken het moment waarop iedereen bang was voor Bouterse. De ABOP’er is van mening dat hij altijd zal blijven strijden tegen onrecht en onderdrukking. Zijns inziens had de strijd zijn doel bereikt, omdat Bouterse de macht had overgedragen.