Desi Bouterse gaat niet in verzet tegen het vonnis dat vrijdag tegen hem is uitgesproken in het Decemberstrafproces. Bouterse werd door de krijgsraad schuldig bevonden voor zijn aandeel in de decembermoorden van 1982. Advocaat Irvin Kanhai zegt aan de Ware Tijd niet te weten waarom Bouterse niet verzet gaat tegen het vonnis.
Hij zei dat hij niet weet waarom zijn cliënt afziet van het rechtsmiddel verzet tegen het vonnis. Gisteren zei Kanhai tegen Suriname Herald dat hij nog geen verzet had aangetekend. Het was toen ook niet duidelijk dat er mogelijkerwijs zou worden afgezien van dit rechtsmiddel.
Bouterse heeft na het vonnis van 29 november, twee weken de tijd om verzet aan te tekenen. De krijgsraad zou hem dan binnen twee maanden moeten oproepen. Hij zou dan in persoon moeten verschijnen en gehoord moeten worden.
Kanhai zegt dat er nu geen rechtsmiddelen meer zijn voor de veroordeelde Bouterse. Er kan geen hoger beroep worden aangetekend bij een verstekvonnis. Hoger beroep is alleen mogelijk als de veroordeelde eerst verzet aantekent. En aangezien Bouterse van verzet afziet, zijn hiermee geen rechtsmiddelen meer voor hem mogelijk.
Bouterse stelde dat het Decemberstrafproces een politiek proces is. Hij zei zondag op een persconferentie dat hij niet bang is, omdat hij met de onzichtbare hand werkt.
De krijgsraad stelt in zijn vonnis dat het wettig en overtuigend bewezen is dat Bouterse betrokken was bij de decembermoorden van 1982. Hoewel de krijgsraad is meegegaan met de eis van het Openbaar Ministerie van twintig jaar celstraf voor Bouterse, is er geen gevangenneming gelast.