Het Ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) benadrukt dat de exportstop van sopropo naar de Europese Unie (EU), niet aan haar te wijten is. De EU-regels met betrekking tot de export van groenten en fruit gelden voor alle landen, met name de Aziatische- en de Afrikaanse landen, die exporteren naar de EU en niet slechts alleen voor Suriname.
Het Ministerie van LVV wordt bewust of onbewust zeer onterecht verweten van nalatigheid alsof zij niet op tijd zou hebben gereageerd op een schrijven vanuit de EU. Het ministerie wenst te benadrukken dat vanwege een wisseling bij de administratieve EU-delegatie in Guyana, de nota Suriname niet heeft bereikt. De EU bood hiervoor haar verontschuldiging aan.
Minister Rabin Parmessar heeft de ambassadeur, verantwoordelijk voor Suriname in Guyana, Fernando Ponz Cantó, terstond dringende aandacht gevraagd. In een formeel schrijven gericht aan de EU is gevraagd, het verbod voor de export van sopropo, naar aanleiding van de omissie vanuit de zijde van de EU, nog met zes maanden uit te stellen.
Eveneens werd in dit schrijven gevraagd Suriname alsnog in de gelegenheid te kunnen stellen de aanvullende informatie op te sturen. Deze informatie is inmiddels binnen 1×24 uur na dit schrijven verzonden. Het ministerie is nog altijd wachtende op het antwoord op de brief die naar de EU is verstuurd.