Voor het jaar 2020 zijn er drie boringen gepland voor de kust van Suriname. Dit deelde Rudolf Elias, CEO van Staatsolie NV, gisteren mee tijdens de nieuwjaarsreceptie van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES). Elias sprak in de Ballroom van Hotel Torarica de nieuwjaarsrede uit.
Apache gaat in blok 58 boren, Petronas in blok 52 en Tullow in blok 47. In het eerste kwartaal van 2021 gaat Kosmos in blok 42 boren. Er zijn in totaal acht olieboringen, gedaan waarvan er in één, een significante hoeveelheid aan olie is gevonden.
Elias gaf aan dat het over vier tot zes weken duidelijk zal zijn om hoeveel olie het precies gaat. De acht boringen hebben in totaal ongeveer US$ 600 miljoen gekost. Om de eerste olie uit grond te halen, zal het volgens Elias vier jaar duren en de productie tien tot vijftien jaar.
De Staatsolie-directeur heeft een complete uiteenzetting gegeven over hoe het staatsbedrijf omgaat met de olievondst. Hij verwacht nog meer olievondsten. Elias is er voorstander van dat Staatsolie in de ontwikkeling van alle olievondsten deelneemt.
Na het uitspreken van de jaarrede mochten de aanwezigen vragen stellen. VHP-volksvertegenwoordiger Mahinder Jogi vroeg aan Elias of hij de productie van olie onder de huidige president wil hebben of een andere. Elias gaf hierop een diplomatiek antwoord door zeggen dat belangrijk is dat er bij de productie een president is.
Ivan Fernald vroeg om verduidelijking rond het werven van kader en het onderwijs. Elias legde uit dat Staatsolie samen met het Ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, gesprekken aan het voeren is hoe gericht onderwijs te bieden aan de oliesector. Nagegaan wordt als het ministerie hiervoor zorg zal dragen of dat het staatsbedrijf een speciale academie zal opzetten.
Ook werd gevraagd als Staatsolie contact heeft gemaakt met Noorwegen om na te gaan hoe het land zijn olie-industrie heeft ontwikkeld en hoe te voorkomen dat Suriname ondanks een olievondst “arm” blijft, zoals buurland Venezuela en Equatoriaal-Guinea. De Staatsolie-directeur zei dat er inmiddels contact is met Noorwegen en dat er een aantal bezoeken zijn gebracht aan dat land. Ook is personeel van Staatsolie uitgeleend aan Noorwegen om na te gaan hoe het daar allemaal werkt.
Er werd vanuit de zaal aangegeven dat het belangrijk is dat de instituten die ervoor moeten zorgen dat er een balans is tussen de overheid en Staatsolie, versterkt worden. Op de vraag als Elias de garantie kan bieden dat de aandelen van het staatsbedrijf niet als onderpand worden gegeven, nog voor er productie komt, gaf Elias aan dat dit niet zo gemakkelijk is.
Hij merkte op dat de Staat aandeelhouder is van Staatsolie en de directeur dan zou moeten ontslaan om invloed te kunnen hebben op de beleidsvoering van het bedrijf. Hij gaf aan dat Suriname in staat is om op een verantwoorde wijze om te gaan met de olievondst in samenwerking met het bedrijfsleven en de vakbeweging.