ABOP-voorzitter Ronnie Brunswijk heeft zich gisteren tijdens de vijfde online massameeting van zijn partij uitgelaten over de nieuwe highway die vrijdag door president Desi Bouterse in gebruik is genomen. Brunswijk vindt de US$ 60 miljoen die de 9,5 kilometer lange Desiré Delano Bouterse Highway heeft gekost, een dure grap. De politicus sluit niet uit dat een deel van dit geldbedrag in zakken van partijloyalisten is gegaan, doelende op de NDP.
Brunswijk kan zich niet voorstellen dat de regering dit heeft gedaan, terwijl het land in een grote financiële problemen zit. Hij vraagt zich af waarvoor deze weg nodig was in een tijd waarin het land in de problemen zit. De partijleider is van mening dat de regering een dure investering heeft gepleegd dat op dit moment niet nodig was. Als een 9,5 kilometer weg US$ 60 miljoen kost betekent dit dat de staat Suriname voor 1 kilometer meer dan US$ 6 miljoen heeft betaald. Hij stelt dat dit alleen in Suriname mogelijk is.
De situatie in de wereld wijst anders uit. Informatie die hij heeft laat zien dat het aanleggen van een soortgelijke weg rond de US$ 200.000 kost. Hij roept de kiezers op om een bewuste keus te maken op 25 mei, indien zij het land uit dit dal willen halen.
De ABOP-voorman vraagt zich af waarvoor het nodig was om dat ‘gek ding’ te gaan maken, terwijl het land in een moeilijke positie qua financiën zit. “Terwijl het land geen geld heeft voert de regering populistische projecten uit.” De ABOP-leider zegt over een dossier van de corruptieve praktijken van de huidige regering te beschikken, dat hij openbaar zal maken.
Brunswijk ergert zich aan de NDP-regering die volgens hem propaganda maakt met staatsmiddelen. “Er zijn middelen uitgetrokken om mensen vanwege COVID-19 te helpen. Als je niet van de paarse partij bent krijg je geen ondersteuning.”
Hij stelt dat hij keer op keer heeft aangeklopt bij het COVID-19-managementteam voor de mensen die in problemen zitten en anderen die terug willen naar hun woongebieden. Daarnaar heeft niemand oren, terwijl NDP’ers wel gemakkelijk terug kunnen keren naar hun woongebieden ondanks de strenge maatregelen op de rivier, aldus Brunswijk.