De fracties van de coalitie en oppositie in De Nationale Assemblee (DNA) staan niet op een lijn over de verhoging van het leningenplafond en aanpassing van de Bankwet. Gisteren is tijdens de openbare vergadering hierover heftig gediscussieerd. De regering heeft het parlement toestemming gevraagd om het bruto binnenlands product (bbp) van 60 procent op te trekken naar 95 procent. Dit moet ervoor zorgen dat de regering, die momenteel krap zit, de ruimte heeft om te lenen.
Volgens de coalitie is de regering genoodzaakt tot deze stap omdat de vorige regering een financiële puinhoop achter heeft gelaten. Dat heeft gemaakt dat het draaien van de financiële huishouding van de regering haast onmogelijk is. Met deze goedkeuring wil de regering het mogelijk maken om een kortetermijnlening van SRD 1,5 miljard te kunnen nemen bij de Centrale Bank van Suriname. Dit moet geschieden door de wijziging van de Bankwet.
NDP-fractieleider Rabin Parmessar zegt geen voorstander te zijn van een verhoging van het leningenplafond. Hij mist een concreet plan van de regering over hoe de besteding van de middelen zal geschieden. Parmessar heeft de regering en het parlement erop gewezen dat de governor van de Centrale Bank, Maurice Roemer, heeft geadviseerd om de Bankwet niet te wijzigen voor de kortetermijnlening. Hij vindt dat de regering niet voorbij moet gaan aan wat de bankpresident heeft gezegd.
Mahinder Jogi, voorzitter van de Commissie van Rapporteurs, gaf te kennen dat de brief die de governor heeft gestuurd uit zijn context wordt gehaald. De huidige situatie is volgens hem te danken aan het vernietigend gevoerde beleid van de regering-Bouterse.
Genevievre Jordan van de ABOP-fractie voerde aan dat het een feit is dat de regering-Santokhi een chaos heeft overgenomen.
NPS-fractieleider Gregory Rusland voegde eraan toe dat de huidige oppositie weet dat de regering vastzit. Er zijn verplichtingen die helemaal niet opzijgezet kunnen worden. De regering moet regeren en daarvoor heeft zij middelen nodig. Hij waarschuwt de regering om niet dezelfde fout te maken die de vorige regering heeft gemaakt door middelen te gebruiken en dat niet te kunnen verantwoorden.