De Nederlandse regering stelt zich op het standpunt dat Suriname voor financiële steun liever kan gaan naar het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank en/of de Inter-American Development Bank (IDB). Dit antwoord gaven de Nederlandse ministers Stef Blok (Buitenlandse Zaken) en Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) op vragen van de Tweede Kamer, het Nederlandse parlement.
De kamerleden Thierry Baudet en Theo Hiddema van de oppositionele partij Forum voor Democratie (FvD) stelden schriftelijke vragen over de herijking van de relatie met Suriname.
De Nederlandse ministers schrijven, dat Suriname kampt met een zware economische en financiële crisis waarvoor structurele oplossingen nodig zijn. Suriname kan hiervoor assistentie zoeken binnen het multilaterale stelsel, bijvoorbeeld bij het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank en/of de Inter-American Development Bank (IDB).
De internationale financiële instellingen zijn goed gepositioneerd om landen te voorzien van advies over het versterken van macro-economische kaders en overheidsfinanciën waarmee deze landen op structurele wijze hun economische fundament en toegang tot kapitaalmarkten kunnen verbeteren, aldus de ministers.
Zo biedt het IMF ondersteuning aan landen in het aanpakken van financiĂ«le uitdagingen via programmaâs met voorwaarden en aanvullende technische assistentie.
Nederland is op dit moment in gesprek met Suriname over mogelijke technische assistentie die bijdraagt aan structurele oplossingen van de huidige problematiek. Het is van belang dat eventuele ondersteuning goed aansluit bij de inspanningen van internationale instellingen zoals het IMF.
Er is volgens de ministers geen precedent voor een garantstelling door de Nederlandse staat ten behoeve van kapitaalmarktoperaties van landen die geen onderdeel van het Koninkrijk zijn of binnen het Europese kader vallen. Zelfs in de laatste gevallen is Nederland terughoudend met het uitgeven van garantiestellingen aan de hand van een hiervoor opgesteld toetsingskader, aldus de ministers Blok en Kaag.
De instrumenten die de Nederlandse overheid heeft ter ondersteuning van het internationaal opererende bedrijfsleven, staan open voor Nederlandse bedrijven die zaken willen doen in Suriname. De beoordeling van mogelijkheden voor Nederlandse ondernemers om te investeren in Suriname is aan de ondernemers zelf, schrijven ministers Blok en Kaag aan de Tweede Kamer.