President Chan Santokhi heeft gisteren een ontmoeting gehad met leden van de voormalige guerrillagroep Tucajana Amazones. Er was in de samenleving wat ruis ontstaan met betrekking tot de Tucajana’s. “Er waren enkele berichten die als dreigementen gecategoriseerd kunnen worden, maar die komen niet van de leden van de voormalige Tucajana Amazones, dat is duidelijk geworden,” zei het staatshoofd.
Wat ook duidelijk is geworden is dat de Tucajana Amazones vanaf na het Vredesakkoord van 1992 niet meer bestaan, maar wel nog zo worden getypeerd. Het is nu een stichting, die zich inzet voor het bevorderen van duurzame ontwikkeling. Ik ben blij dat wij als overheid kunnen samenwerken met de stichting om ontwikkeling te brengen voor de doelgroep,” zei het staatshoofd.
Woordvoerder Mario Wijngaarde zei dat in 1992 de Tucajana Amazones ervoor hebben gezorgd dat er een akkoord is getekend voor nationale verzoening en ontwikkeling. De aard van de ontmoeting met het staatshoofd is geweest om kennis te maken met de president en tegelijkertijd enkele belangrijke punten met hem te bespreken.
Afspraken
Er zijn concrete afspraken gemaakt met de president met betrekking tot het brengen van ontwikkeling voor haar inheemse broeders en zusters in het binnenland. “Er zijn verschillende gebieden in het achterland met elk hun eigen uitdagingen, problemen en dus ook oplossingen. Wij willen duurzame ontwikkeling en denken dan in termen van onder meer agrarische ontwikkeling, pluimvee en het creëren van afzetmarkten.” De woordvoerder voegt eraan toe dat aan het staatshoofd een aantal zaken zijn gepresenteerd en er in januari een vervolggesprek komt.
Wijngaarde benadrukte dat er ook nog inhoud gegeven moet worden aan het grondenrechtenvraagstuk. Dit zal bij het vervolgtraject op de agenda staan. President Santokhi gaf te kennen dat er al een uitvoeringsafspraak is gemaakt met de stichting om in januari 2021 bij elkaar te komen en de vraagstukken met deskundigen en een projectmanagementteam van de Tucajana gedetailleerd te bespreken en inhoud te geven aan de uitvoering.
“De plannen moeten gerealiseerd worden. Wij hebben een gezamenlijk doel en dat is ontwikkeling te brengen voor de inheemsen en dus ook voor Suriname,” zei de regeringsleider.