Leerkrachten die naar de districten en het binnenland moeten vertrekken vanwege de herstart van de scholen op 15 februari zijn bezorgd, omdat de woningen, schoolgebouwen en terreinen nog niet zijn aangepakt. Een aantal scholen heeft last van houtluizen, terwijl op sommige onderwijsinstellingen ook de nutsvoorzieningen ontbreken.
De onderwijsgevenden storen zich aan het feit dat er niets is gedaan aan de woningen en de scholen. Ook gedurende de COVID-19-periode is er niets gedaan. “De problemen op de scholen zijn niet nieuw, maar toch niet aangepakt.” Wanneer de leerkrachten naar hun standplaats vertrekken is nog niet duidelijk.
Tijdens de online persconferentie van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC) gaf Natasia Bennanon, directeur Administratief en Technisch beheer, aan dat er al een inventarisatie had plaatsgevonden van de onderwijzerswoningen die nog niet zijn voorzien van nutsvoorzieningen en de terreinen die nog niet waren aangepakt. Volgens haar zouden deze zaken op korte termijn in orde worden gemaakt.
Minister Marie Levens zegt dat de leerkrachten voorbereidingen treffen om te vertrekken naar hun standplaats. “Wanneer zij vertrekken is verschillend, omdat sommige leerkrachten met de boot gaan, anderen met de bus en weer anderen in kleine groepjes met het vliegtuig. Het gaat om verschillende tijden en data,” aldus minister Levens.
De onderwijsgevenden die naar het binnenland moeten vertrekken geven aan dat hun geld op is, waardoor zij geen voeding kunnen kopen voor de komende twee tot drie maanden.
Simone Awanna