Suriname is in de regio een van de weinige landen, die zijn vis en garnalen vrijelijk kan exporteren naar alle delen van de wereld. Dit is mogelijk vanwege het feit dat een twintigtal lokale verwerkingsbedrijven gecertificeerd zijn door het Viskeuringsinstituut (VKI), omdat zij voldoen aan de internationale kwaliteitsstandaarden.
Het proces hiertoe is met de oprichting van het VKI in 2007 gestart, waarmee tegelijk ook de benodigde keuringswetten in orde zijn gebracht. Het VKI beschikt al over het kader en de benodigde keuringsinstrumenten daartoe. Daarnaast wordt in samenwerking met het Natuurtechnisch Instituut (Natin) continu kwaliteitsmanagers opgeleid voor kwaliteitsbewaking bij de verwerkingsbedrijven.
Op 3 maart heeft minister Parmanand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) een training afgesloten middels het uitreiken van certificaten, waarbij achttien kwaliteitsmanagers zijn afgeleverd ten behoeve van VKI, LVV en diverse verwerkingsbedrijven.
Het VKI wordt financieel gezond en operationeel gehouden door bijdragen vanuit de private sector, doordat de exporteurs US$ 0,02 per kilo geƫxporteerd product afdragen aan het VKI.