“Verkeersveiligheid moeten wij als gemeengoed van ons allemaal gaan zien,” zegt minister Kenneth Amoksi van Justitie en Politie in verband met de tiende verkeersveiligheidsmaand. Volgens hem wordt verkeersveiligheid nog teveel gezien als het ‘petje’ van de politie. Scholen, bedrijven, buurtorganisaties en uiteindelijk de deelnemers aan het verkeer zelf moeten ook hun verantwoordelijkheid op zich nemen, is de minister van oordeel.
Het ministerie zal binnenkort ertoe overgaan om de looptijd van het Strategisch Plan voor Verkeersveiligheid 2018-2021 te verlengen. Dit plan houdt in dat de verkeersveiligheid een ieders verantwoordelijkheid is en heeft als algemeen doel om in 2021 de verkeersongevallen met dodelijke afloop en de letselschade met 30 procent te verminderen ten opzichte van 2016. Dit plan hield in dat dit jaar het aantal verkeersdoden moest zijn teruggebracht naar 50 en verkeersslachtoffers naar 2600. Deze opgave is niet makkelijk, gelukkig niet onmogelijk, zegt de minister.
Deze regering is voornemens om de beleidsmaatregelen die zijn genoemd in het plan met de juiste commitment te realiseren om de gestelde doelen in het kader van het decennium van actie voor verkeersveiligheid te realiseren. Ook internationaal blijkt dat het aantal verkeersdoden niet is teruggebracht met 50 procent in 2020; integendeel, het aantal verkeersdoden is juist met duizenden gestegen wereldwijd. Dat heeft gemaakt dat de Verenigde Naties het decennium tot 2030 heeft verlengd.
Belangrijk is te noemen de stap die het ministerie genomen heeft om een van de maatregelen die genoemd is in het plan, namelijk: de oprichting van een verkeersveiligheidsinstituut. Dit instituut is reeds voorzien van een directeur in de persoon van Joanne Adraai. Het verkeersveiligheidsinstituut zal verantwoordelijk zijn voor de centrale aansturing van verkeersveiligheid in Suriname om zodoende het aantal verkeersdoden en –slachtoffers drastisch te verminderen.