Arbeidsinspecteurs belast met de handhaving van de COVID-19-maatregelen zijn niet tevreden over de naleving van de protocollen met name door de horecasector. “De sector heeft geen gehoor gegeven. Ze hebben de naleving ter zijde gelegd”, zei inspecteur-generaal van Arbeidsinspectie Rowan Noredjo, gisteren, op een persconferentie.
Op sommige plekken zoals ‘T Vat, D’Bar en Blue Grand Café is er vermanend opgetreden en zijn er boetes opgelegd. Noredjo zegt dat er vorig jaar afspraken met de horecasector zijn gemaakt om de namen van de plekken te publiceren die zich niet aan de regels houden. “Ondanks boetes gaat men door met feesten met live bands op bepaalde locaties. We gaan de handhaving verscherpen en frequenter namen publiceren van plekken”, aldus Noredjo.
Ook werd aangehaald dat een horecaondernemer de dag nadat hij beboet was, weer een optreden met een live band op zijn terras had. Daarnaast mocht D’Bar niet opengesteld zijn voor publiek, omdat volgens de maatregelen bars niet open mogen. Ook zou ‘T Vat zich niet gehouden hebben aan de seating plan. Overigens merkt de inspecteur-generaal op dat weinig uitbaters zich hieraan houden.
“Men houdt zich niet aan de regels. De inspecties zullen worden opgevoerd. We zullen andersoortig optreden en waar nodig plekken voor langere periodes sluiten,” stelt Noredjo. Ook heeft Blue Grand Café de dag voor Srefidensi en de dag van Srefidensi gefeest ondanks er een proces-verbaal was aangezegd. De MoHanA-maatregelen werden ook niet nageleefd.
Minister Amar Ramadhin van Volksgezondheid heeft zijn teleurstelling uitgesproken over de horecasector die de maatregelen met de voeten betreedt. De verruiming van de lockdown van 21.00 naar 23.00 uur was op aandringen van de horeca. Ze waren van oordeel dat ze door de vroege sluitingstijden inkomsten ontberen. Hiervoor hebben ze geprotesteerd bij De Nationale Assemblee. Bij de minister kan het niet in dat het uitgerekend de horecasector is die zich niet aan de afgesproken protocollen houdt.
Naomi Hoever