De bond van het Jan Starke Opleidings- en Ontspanningscentrum (JSOOC) zal aan minister Dinotha Vorswijk van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) en de directeur aangeven, dat er meer gedaan kan worden voor het personeel. De bond zal een brief richten aan de minister over de gang van zaken, waarbij de waarnemend directeur, Brayen Pinas, de bond uitdaagt. De bond ziet graag een confrontatie met de waarnemend directeur.
“Wij willen samen met de leiding op het ministerie zaken coördineren en afhandelen in het voordeel van de ambtenaren van het ministerie van GBB. De bond blijft aan de bel trekken, zodat de leiding precies weet hoe zaken in elkaar zitten.”
Aangezien de bond haar verantwoordelijkheid kent, vermijdt zij elk contact met de waarnemend van directeur JSOOC, zodat het niet uit de hand loopt. De functionaris heeft verschillende keren aangegeven niet bang te zijn voor de bond en dat die op haar kop kan staan, omdat hij niet zal vertrekken van JSOOC.
De bond weet dat de directeursfunctie aan de politiek gekoppeld is, maar de wijze waarop betrokkene zich gedraagt spreekt boekdelen. Vorig jaar werd een vrouwelijk personeelslid hardhandig een armdraai toegebracht en moest zij medisch worden behandeld. Pinas is volgens de bond nooit verhoord door de politie of aangehouden. Hij is door de leiding van het ministerie ook niet gestraft voor indisciplinair gedrag.
Er zijn zaken die nog besproken moeten worden met de leiding. Het gaat onder andere om achtergehouden salarissen van zeker twee werknemers, waarbij een ruim drie maanden niet kon ontvangen vanwege COVID-19. De waarnemend directeur zou in twee afzonderlijke gevallen zelfs een soort ‘names and faces systeem’ hebben toegepast, waarbij drie arbeiders niet dezelfde behandeling kregen als de anderen bij de laatste uitbetaling door JSOOC. De bond wenst spoedoverleg met de minister om de pijnpunten te bespreken.