De vraag naar voedselpakketten vanuit de samenleving blijft stijgen. Elke dag komen er nieuwe aanmeldingen binnen op de diverse wijkkantoren. “Maandelijks moeten we bij het verstrekken van de voedselpakketten veel mensen teleurstellen,” zegt waarnemend directeur Angela Salmo van het Ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting (Sozavo). Elke maand worden er 10.000 voedselpakketten landelijk verstrekt.
Salmo merkt op dat het proces van het verstrekken van de pakketten nu vlotter verloopt dan voorheen, omdat de kinderziektes inmiddels zijn weggewerkt. Momenteel bevindt het ministerie zich in een fase waar het aantal geregistreerden in kaart wordt gebracht. Ook wil Sozavo middels deze data nagaan waar de behoefte het grootst is.
Met betrekking tot de pakketten zijn er nog steeds verschillende misvattingen die leven onder de gemeenschap. Zo hebben personen het idee dat een voedselpakket alleen bestemd is voor personen die ooit in het bezit was van een on- en minvermogenkaart. “Een pakket is voor eenieder die het niet zelf kan kopen,” zegt Salmo. Tot deze categorie behoren mensen uit sociaal zwakke huishoudens en grote gezinnen met een relatief laag inkomen en personen met een beperking.
Bij het afhalen van het pakket moet een bedrag van SRD 50 worden betaald. Een voedselpakket heeft een waarde van SRD 225. In de districten is de waarde SRD 275, omdat de transportkosten erbij komen kijken, legt Salmo uit. Echter, het komt nog vaak voor dat bij het afhalen van de pakketten sommige burgers vragen of die SRD 50 hen kwijtgescholden kan worden.
In zo een pakket bevindt zich onder andere: rijst, olie, zout, suiker, sardien, blom, aardappelen, thee, kip, toiletpapier en gele erwten. Salmo geeft te kennen dat het aantal pakketten nog steeds wordt gehouden op 10.000, want dat is het aantal dat de leveranciers kunnen verwerken.
Vishmohanie Thomas
