“We hebben de dode gang gevolgd zoals de slachtoffers hebben afgelegd.” Zo beschrijft Hugo Essed, advocaat van de nabestaanden in het 8-decemberstrafproces, wat zich gisteren heeft voorgedaan tijdens de descente oftewel gerechtelijke plaatsopneming in het Fort Zeelandia in de hoger beroepszaak van het 8-decemberstrafproces. De aanwezigen hebben de weg afgelegd vanuit de ‘driehoek’ op de begane grond waar de slachtoffers zich bevonden.
Daarna werden de slachtoffers geleid naar de kamer van de toenmalige opperbevelhebber Desi Bouterse, waarvan bekend is dat hij ze daar de doodstraf heeft opgelegd. Vervolgens moesten ze de gang volgen om geëxecuteerd te worden, legt Essed uit.
“Gro skin, het geeft je kippenvel.” Zo heeft hij deze gerechtelijke plaatsopneming ervaren, want het is de eerste keer voor hem om tijdens een descente in het Fort te zijn. Voorheen is hij alleen naar Bastion Veere geweest voor de bloemenhulde.
Voor Essed was de dode gang die de slachtoffers hebben moeten volgen, slechts de enige nieuwigheid voor hem. De driehoekige ruimte waarin de slachtoffers zich in bevonden noemt hij niet eens een cel. De ruimte beschikt over hoge muren en er was slechts een deur vanwaar uit men in en uit kan. Die deur leidt naar een trap en die trap leidt naar de kamer van de toenmalige opperbevelhebber Bouterse. Vanuit de kamer van Bouterse was er een gang naar Bastion Veere.
De getuigenverklaringen in het Fort waren niet nieuw en ze hebben slechts herhaald wat zij eerder hebben aangegeven. Essed is van oordeel dat er geen nieuwe feiten aan het licht zijn gekomen. Van belang is dat de rechters een beeld hebben kunnen vormen van de fysieke situatie en de afstanden van waar men iets kon zien en wat kon horen. Hierdoor wordt het makkelijker om de getuigenverklaringen op waarheid te toetsen.
Essed weet te vertellen dat er aan Bouterse niet zoveel vragen zijn gesteld. De enige vraag die Essed zich kan herinneren is dat aan Bouterse is gevraagd als hij zich kan herinneren waar hij zat in zijn kamer op de eerste etage. Dat kon Bouterse zich niet herinneren.
Op alle andere vragen is steeds geen duidelijk antwoord gekomen, is Essed van oordeel. Essed heeft niet specifiek op Bouterse gelet, maar volgens hem heeft Bouterse in het algemeen een laconieke houding. Er zijn geen concrete vragen die aan hem worden gesteld.
De zaak gaat 16 december weer voor om verdachten nader te horen.