De 26-jarige Valentino G. is door de kantonrechter veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De man werd schuldig bevonden aan de diefstal van twee kostbare koplampen, toebehorende aan het bedrijf N.V. MYLAB en haar vertegenwoordiger. De feiten vonden plaats in de nacht van 4 op 5 juni 2025 op een adres in Paramaribo-Noord.
De zaak kwam aan het rollen nadat de vertegenwoordiger aangifte deed bij de politie. Hij verklaarde dat hij zijn voertuig op 4 juni rond 23:00 uur had geparkeerd voor zijn woning. De volgende ochtend, rond half negen, merkte hij dat beide koplampen van zijn auto waren verwijderd. Hij deed direct aangifte.
Volgens zijn buurman, die omstreeks 23:30 uur thuiskwam, waren de koplampen op dat moment nog intact. De waarde van de koplampen bleek aanzienlijk. “Ik heb vernomen dat een koplamp vanaf SRD 20.000 per stuk wordt verkocht,” verklaarde de vertegenwoordiger. De auto, eigendom van N.V. MYLAB, liep door de diefstal aanzienlijke schade op.
Kort na de aangifte kwam Valentino in beeld bij de politie. Op 5 juni werd hij aangehouden en voorgeleid. Hij ontkende herhaaldelijk iedere betrokkenheid bij de diefstal. “Ik heb geen koplampen gestolen,” verklaarde hij. “Ik heb ook niets uit mijn voertuig gegooid.” Ook tijdens zijn verhoren bleef hij volhouden onschuldig te zijn: “Ik heb mij niet schuldig gemaakt aan geen enkel strafbaar feit.”
De magistraat hield hem zijn verklaring bij de rechter-commissaris voor. Hij stelde dat hij bij zijn aanhouding door het Quick Response Team (QRT) onheus werd behandeld. “Bij de aanhouding is het niet netjes gegaan, dus ik heb niet meegewerkt,” aldus Valentino.
Over zijn verklaring bij de rechter-commissaris was hij eveneens kritisch: “Men vroeg alleen streng: ‘Heb je het gegooid of niet?’ Ik raakte in de war. Ik vraag u om mij vandaag naar huis te sturen,” smeekte Valentino aan de rechter.
De rechter ging echter niet mee in Valentinos verzoek. Op basis van het dossier en de omstandigheden achtte zij bewezen dat hij zich schuldig had gemaakt aan diefstal met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening. Hoewel er geen directe getuigenverklaring was die Valentino bij de handeling zelf zag, vond de rechter de indirecte aanwijzingen en inconsistenties in zijn verklaringen belastend genoeg voor een veroordeling.
De opgelegde straf viel uiteindelijk lichter uit dan het wettelijk maximum voor diefstal, omdat de rechter rekening hield met het blanco strafblad van de verdachte en het ontbreken van geweld bij de diefstal.
Valentino moet echter wel vier maanden effectief uitzitten. De overige acht maanden zijn voorwaardelijk opgelegd, met een proeftijd van twee jaar. Dit betekent dat hij gedurende die periode geen strafbaar feit mag plegen, anders riskeert hij alsnog zijn volledige straf te moeten uitzitten.
