Duitsland heeft na acht duels zonder zege eindelijk Italië verslagen op een groot toernooi. De wereldkampioen nam de penalty’s in de kwartfinale beter (6-5) nadat het duel na negentig minuten en verlenging in 1-1 was geëindigd.
Spraakmakend was het zeker niet voor de pauze. Italië liet Duitsland aan de bal, maar de ploeg van Löw wist er eigenlijk geen raad mee. Toch kopte Schweinsteiger raak, maar nadat hij De Sciglio naar de grond had getrokken.
Vlak voor rust werd het pas leuk. Müller kreeg een grote kans,maar raakte de bal totaal verkeerd. Aan de andere kant ging een pegel van Sturaro via een voet van Boateng maar net naast het doel.
Direct na rust leek Müller dan toch zijn eerste doelpunt te maken. Hij kapte zich goed vrij en schoot zuiver in, maar op de doellijn hield Florenzi het schot met een katachtige hakbeweging tegen.
Na ruim een uur kwamen de Duitsers toch op 1-0. Özil schoot raak uit een voorzet van Hector. Het werd echter snel gelijk. Boateng maakte hands, waarna Bonucci van elf meter de eindstand op 1-1 bepaalde.
De strafschoppenserie was zenuwslopend. Zaza, ingebracht voor de penalty’s, Pellè en Bonucci misten voor Italië, maar voor Duitsland deden Özil, Schweinsteiger en Müller dat ook. Neuer hield daarna de pingel van Darmian tegen, waarna Hector zijn Duitsland naar de laatste vier schoot.
NOS