Niet de werkloosheid, de oorlog in Syriƫ of de nucleaire deal met Iran is het belangrijkste thema van de Amerikaanse presidentsverkiezing, maar olie. Dat valt op te maken uit een inventarisatie die de New York Times maakte van de herkomst van het campagnegeld dat de Democratische en Republikeinse kandidaten tot nu toe ontvingen. De helft van het geld is afkomstig van slechts 158 families, achterhaalde de krant.
Aan kop van de lijst: de familie Wilks, die miljarden vergaarde met schalie-olie en -gas en 15 miljoen dollar (13 miljoen euro) doneert, maar ook families die rijk zijn geworden door het winnen van ānormaleā olie. Nog nooit had een zo kleine groep zo veel invloed op de verkiezingscampagne, rekent de New York Times voor. Oorzaak: de groter wordende rol van Super-PACS, organisaties die, officieel onafhankelijk van de kandidaten, ongelimiteerde sommen geld mogen inzamelen en uitgeven aan bijvoorbeeld reclamespotjes.
De meeste gulle gevers ā 138 van de 158 families ā doneren hun fortuin aan een van de Republikeinse kandidaten. Weinig verrassend, de GOP is immers van oudsher de partij van het grote geld. Juist daarom zou het Hillary Clinton, de topfavoriete bij de Democraten, het meeste last van de berekeningen kunnen krijgen. Investeerder George Soros, een man wiens naam synoniem is aan Wall Street, stopte de voormalige First Lady immers 1 miljoen dollar (880.000 euro) toe.Bij het eerste debat, dinsdag, is die informatie prima munitie voor Bernie Sanders, de zelfverklaarde socialist en Hillaryās grootste tegenstrever. Hij zal willen aantonen dat Clinton te nauwe banden met de financiĆ«le wereld heeft.
De Telegraaf