De Nederlandse staatssecretaris Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft vanochtend minister-president Marlin van Sint-Maarten aan de kant gezet. Deze ongebruikelijke stap is volgens Knops nodig omdat Marlin ondanks twee moties van wantrouwen weigerde te vertrekken.
Marlin kwam onder vuur te liggen na de gebrekkige reactie op orkaan Irma die grote delen van het eiland verwoeste. Marlin en zijn bestuur waren de dagen na de orkaan niet bereikbaar, en hij wilde aanvankelijk ook niet ingaan op de eisen die Nederland stelde aan 550 miljoen euro hulpgeld. In ruil daarvoor wil Nederland dat een Integriteitskamer de hulpstroom controleert en Nederlandse marechaussee moeten de grenzen kunnen controleren om te voorkomen dat illegalen zich met de wederopbouw gaan bezighouden.
Op 2 november 2017 is een motie van wantrouwen ingediend tegen minister-president Marlin en vijf van zijn zes ministers. Het kabinet-Marlin heeft daarop zijn ambt ter beschikking gesteld en is sindsdien demissionair in afwachting van de formatie en installatie van een interim-kabinet. Op 10 november 2017 is een tweede motie van wantrouwen tegen premier Marlin aanvaard.
De minister-president weigerde daarop de gebruikelijke stap te zetten om zijn ontslag in te dienen. Hiermee wordt volgens Knops “de staatsrechtelijke basisregel geschonden dat een minister vertrekt die niet langer het vertrouwen geniet van het parlement”.
“Doordat de minister-president zich niet aan dit beginsel van de parlementaire democratie houdt en de uitdrukkelijke wens van de Staten negeert, is de deugdelijkheid van bestuur zo ernstig in het geding, dat de Koninkrijksregering ingrijpen noodzakelijk acht in het kader van de waarborgfunctie van het Koninkrijk”, aldus Knops in een brief aan de Tweede Kamer.
Trouw.nl