De Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb biedt excuses aan voor de deelname van achtereenvolgende Rotterdamse bestuurscolleges aan het systeem van kolonialisme en slavernij vanaf 1600. Dit excuus volgt op een onderzoek naar de rol van Rotterdam bij de koloniale handel, slavenhandel en slavernij.

De uitkomsten van dat onderzoek, door het Koninklijk Instituut voor Land- Taal en Volkenkunde, werden eind 2020 gepresenteerd. Daaruit bleek dat er in de 17e en 18e eeuw nauwe banden waren tussen de stadsbestuurders en de handelscompagnieën en dat de groei van de stad als wereldhaven mede mogelijk was door de handel in de 19e eeuw op Nederlands-Indië.
Burgemeester Aboutaleb heeft gekozen voor 10 december als de dag van excuus omdat het de Internationale Dag van de Rechten van de Mens is. Het college ziet een belangrijke verbinding tussen dit excuus en de mensenrechten in het heden.
Rotterdam volgt het voorbeeld van Amsterdam, dat op 1 juli al excuses voor de rol van de stad in het slavernijverleden aanbood. In Den Haag en Utrecht zijn onderzoeken gaande naar de rol van het stadsbestuur in het koloniale verleden. De landelijke politiek is verdeeld over het aanbieden van excuses.
NOS