Haïti verkeert in een humanitaire crisis. Eentje die wordt verergerd door bendegeweld. Verschillende landen, waaronder de Verenigde Staten, roepen op tot interventie. Maar wat houdt dat precies in?
ADVERTENTIE |
Eerst maar even: wat is er ook alweer precies aan de hand in Haïti? Het land kampt met een stilstaande economie, voedsel- en brandstoftekorten, een gebrek aan schoon drinkwater, bendegeweld en een nieuwe cholera-uitbraak.
Criminele bendes blokkeren een van de belangrijkste brandstofterminal in het land en dat maakt de situatie nog erger. De prijzen van benzine en diesel schoten omhoog en er is een groot tekort aan brandstof. Daardoor ligt het transport vrijwel stil.
De blokkade veroorzaakt ook voedselonzekerheid. Voor vier miljoen inwoners van het Caribische land dreigt daardoor acute hongersnood, zegt de VN.
Er werd al eerder opgeroepen tot een interventie. De premier van Haïti, Ariel Henry, vroeg andere landen begin oktober om hulp. Hij wilde een “gespecialiseerde bewapende macht” om de controle over de brandstofterminal terug te krijgen.
Secretaris-generaal António Guterres van de VN liet daarop weten dat de VN-Veiligheidsraad een vredesmacht voor Haïti moest overwegen. Ook de VS gaf toen aan hierover na te denken.
Het werd allemaal iets concreter toen de VS en Canada half oktober te hulp schoten. De Haïtiaanse overheid had gewapende voertuigen en andere apparatuur aangeschaft, maar de levering ervan liep vertraging op. De VS en Canada hielpen de voertuigen te vervoeren, zodat de nationale politie van Haïti ze kan gebruiken in de strijd tegen bendegeweld.
Een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei dat de VS zich zal blijven inzetten voor het versterken van de Haïtiaanse politie.
De VS en Mexico hebben ondertussen twee resoluties (voorstellen) opgesteld waarover de VN-Veiligheidsraad moet beslissen. Een ervan gaat over sancties tegen Haïtiaanse bendeleiders en hun aanhangers. Die werd vrijdag unaniem aangenomen.
Het tweede voorstel gaat over een “zorgvuldig afgebakende missie die niet door de VN wordt geleid. Maar door een partnerland met diepgaande en noodzakelijke ervaring die nodig is om zo’n inspanning effectief te laten zijn”, zei de Amerikaanse ambassadeur bij de VN Linda Thomas-Greenfield. Simpel gezegd gaat het om een internationale macht die moet helpen bendegeweld tegen te gaan.
“De inwoners van Haïti kunnen niet langer wachten”, zei Judes Jonathas, van de ngo Mercy Corps tegen The Guardian.
Maar in Haïti wordt er ook gevreesd voor wéér een internationale troepenmacht. Het Caribische land heeft namelijk een lange geschiedenis van internationale inmenging. De VN-macht die van 2004 tot 2017 in Haïti was, kreeg veel kritiek omdat het door velen werd gezien als een buitenlandse bezetting.
De VN-operatie genaamd Minustah zou onder meer geweld hebben gebruikt tegen de lokale bevolking in een buitenwijk van de hoofdstad Port-au-Prince. Ook zou Minustah een rol hebben gespeeld in de verspreiding van cholera in 2010.