Wie de westerse media volgt, ook die van Nederland en Suriname, krijgt een totaal verkeerd beeld van wat er in Venezuela aan de hand is.
Het beeld dat de westerse media heeft geschapen, ziet er ongeveer als volgt uit: Venezuela is een dictatuur sinds Chavez aan de macht kwam. Het overgrote deel van het volk komt nu op een vreedzame manier in opstand tegen de dictatuur en die reageert met keiharde gewelddadige repressie. De dictator Maduro wil geen verkiezingen houden en wil met geweld aan de macht blijven. De wereld moet verontwaardigd zijn over zoveel onrecht in Venezuela.
Laten we kijken naar de feiten:
Venezuela telt 30 miljoen mensen. Er is een kleine minderheid van rijke witte mensen, een middenklasse van lichtgekleurden en een grote meerderheid van donkergekleurden van Afrikaanse en inheemse afkomst. Net als in de rest van Latijns-Amerika waren corrupte politici aan de macht die zich verbonden met de rijke elite. Op 4 februari 1992 ondernam Hugo Chavez, die kapitein was in het leger, een couppoging tegen de regering onder leiding van de corrupte Carlos Andrés Peréz. De coup mislukte en Chavez werd gearresteerd. Peréz bleek later 250 million Bolivariaanse dollars te hebben gestolen, waarvoor hij uiteindelijk door het parlement werd afgezet als president. Chavez werd veroordeeld tot een gevangenisstraf, waarvan hij twee jaar heeft uitgezeten. Zijn couppoging tegen de corrupte Peréz had hem mateloos populair gemaakt onder de armste delen van het volk.
Hij richtte een politieke partij op: de Movimiento Quinta RepĂșblica, de Beweging van de Vijfde Republiek. In 1998 nam hij voor de eerste keer deel aan de verkiezingen en won deze met 56 procent van de stemmen. In 1999 werd de grondwet veranderd en dat betekende dat er in 2000 opnieuw presidentsverkiezingen moesten worden gehouden. Chavez won die met 60 procent van de stemmen. Hij werd gekozen voor zes jaar. In 2006 won Chavez de verkiezingen opnieuw en nu met 63 procent van de stemmen. In 2012 won hij weer de verkiezingen, maar nu met 55 procent van de stemmen. Hij stierf in 2013. Volgens de grondwet moeten er nieuwe verkiezingen worden georganiseerd als de president komt te overlijden. Zijn opvolger Nicolas Maduro won die verkiezingen met 51 procent. In 2019 moeten er nieuwe verkiezingen worden gehouden. Al deze verkiezingen werden door buitenlandse waarnemers gemonitord en als eerlijk bevonden.
Waarom hebben Chavez en zijn aanhangers steeds die verkiezingen gewonnen met een fluctuatie tussen 51 en 63 procent?
Venezuela is een rijk land met zijn olie, maar een kleine elite profiteerde van die rijkdom. Chavez heeft heel wat hervormingen doorgevoerd die de armste delen van de bevolking ten goede kwam. Om enkele te noemen:
– Hij bouwde duizenden medische centra waar gratis medische zorg werd verstrekt;
– Een grootschalig alfabetisatieprogramma leerde miljoenen analfabeten lezen en schrijven;
– Hij stelde maximumprijzen voor basisgoederen vast. Om de boycot van handelaren tegen te gaan, begon de staat een eigen keten van supermarkten met 17.000 winkels en 85.000 werknemers om betaalbare goederen te verkopen;
– Hij bouwde twee miljoen huizen met sociale woningbouwprojecten en gaf aan drie miljoen gepensioneerden een basispensioen;
– Hij onteigende sommige delen van het grootgrondbezit en verdeelde 2 miljoen ha land onder arme boeren;
– Naar het voorbeeld van de Parijse Commune tijdens de Franse revolutie werden in Venezuela Communes opgezet. De Communes zijn een soort coöperatie die niet alleen producten produceren in en buiten de landbouw, maar ook het bestuur van lokale gemeenschappen regelt.
Dit is maar een klein deel van een lange lijst maatregelen die ertoe hebben geleid, dat de armste delen van Venezuela en delen van de middenklasse grote supporters werden van Chavez. Maar zijn succes had een keerzijde. Binnen zijn eigen beweging groeide corruptie. Er ontwikkelde een kleine sociale laag van Chavisten die zich verrijkte en die de Bolivar bourgeoisie werd genoemd. Chavez is niet in staat gebleken deze groep volledig uit te schakelen. Hun corruptie gaat niet zover dat ze de sociale maatregelen teniet doen, maar het bezorgde Chavez wel een slechte naam, met name onder delen van de middenklasse.
Vanaf het begin was de oppositie tegen Chavez gebaseerd op geweld. In 2003 volgden twee Iers filmmakers Kim Bartley and Donnacha Ă Briain Hugo Chavez voor een documentaire. Tijdens dat proces vond een coup plaats tegen Chavez geleid door extreem-rechtse krachten met de steun van Amerika. Het is een schokkende documentaire, omdat het laat zien hoe schaamteloos en openlijk die coupplegers te werk gingen met de planning, de manipulatie van de media, het organiseren van geweld en de steun vanuit de internationale media. De video is op YouTube te bekijken onder de titel The revolution will not be televized in Venezuela. De coup was gelukt. Chavez was gearresteerd en weggevoerd, maar een actie vanuit zijn aanhangers in het leger leidde tot zijn bevrijding en de arrestatie van de coupplegers.
Na de dood van Chavez in 2013 zag de oppositie haar kans schoon. De olieprijzen gingen dramatisch kelderen, waardoor Venezuela in een diepe economische crisis terechtkwam. Chavez is komen te overlijden. Zijn opvolger Maduro was niet van hetzelfde kaliber en had niet hetzelfde gezag. Venezuela heeft een ingewikkeld politiek systeem. De parlementsverkiezingen zijn soms niet op hetzelfde moment als de presidentsverkiezingen. Zo was Maduro in 2013 gekozen tot president, maar in 2015 won de oppositie de meerderheid in het parlement met 56 procent van de stemmen. Ze eisten dat Maduro zijn termijn niet moest uitzitten, zoals de grondwet dat overigens wel voorschreef. Deze drie factoren â de dood van Chavez, de economische crisis en de parlementsverkiezingen â hebben de oppositie ervan overtuigd dat de regering omvergeworpen kan worden vóór 2019 door middel van geweld. Ze begonnen demonstraties te organiseren.
In een land van 30 miljoen inwoners met de genoemde drie factoren was het goed mogelijk om honderdduizend mensen op de been te brengen, zoals de westerse media rapporteren. Wat deze media niet rapporteren, is dat aanhangers van Chavez ook honderdduizenden mensen op de been bracht om steun te betuigen aan de Bolivariaanse revolutie. Amerika verstrekt via de National Endowment for Democracy, een Amerikaanse organisatie die oppositiebewegingen buiten Amerika steunt, 120 miljoen Amerikaanse dollar aan de oppositie om haar strijd te organiseren. De demonstraties liepen zoals gepland uit op geweld: agenten werden beschoten, medische centra en gebouwen van de regering werden in brand gestoken, aanhangers van Chavez werden met molotov cocktails bestookt. Maar de westerse media presenteerde het beeld van geweldloze demonstranten die tegen een wrede dictatuur vechten. Een meedogenloze mediacampagne tegen de Chavisten heeft zelfs progressieve mensen geĂŻntimideerd.
De secretaris van de OAS, Luis Almagro, was vroeger minister van Buitenlandse Zaken in de linkse regering van José Mujica, de president van Uruguay. Mujica is een voormalige guerrilla-leider van de Tupamaros. Almagro steunde aanvankelijk Chavez, maar onder druk van de mediacampagne en Amerika keerde hij zich tegen de Bolivariaanse revolutie en is nu een grote tegenstander van Maduro. Zijn voormalige baas, Mujica, heeft hem scherp bekritiseerd voor deze opportunistisch ommezwaai.
Pogingen van de regering om met steun van het Vaticaan het geweld te stoppen middels dialoog hebben voorlopig niet veel geholpen. In 2013 wilde de oppositie de grondwet wijzigen en vroeg om verkiezingen voor een grondwetgevende vergadering. Nu heeft Maduro aangekondigd om de grondwet inderdaad te wijzigen en heeft verkiezingen uitgeschreven voor deze vergadering. Die verkiezingen zullen op 10 december plaatsvinden. Kort daarna moeten er nieuwe presidentverkiezingen volgen.
Het is allerminst zeker dat Maduro het gaat redden. De oppositie heeft haar sympathisanten in het leger opgeroepen om te organiseren voor een coup. Ze wil via geweld een einde maken aan het project van Chavez. Venezuela gaat nog moeilijke tijden tegemoet.
In Suriname zijn er mensen die het scenario van Venezuela willen volgen. Ze hoopten dat de demonstraties tegen de regering zouden uitmonden in geweld, waardoor er een situatie zou ontstaan van escalatie. Dat is gelukkig niet gebeurd.
Maar ik hou mijn hart vast voor Venezuela.
Sandew Hira