Laat me duidelijk zijn. Het volk van Suriname heeft dialoog en verzoening het hardst nodig. Waarom? Omdat ieder volk het recht heeft om in vrede te leven. Ieder volk heeft het recht om zonder vrees voor calamiteiten een bestaan op te bouwen in welvaart en rust. Als een volk door welke historische omstandigheden dan ook terechtgekomen is in een fase van oorlog, geweld en onzekerheid, dan rust op haar leiders de verantwoordelijkheid om mechanismen te ontwikkelen om de overgang te maken van oorlog naar vrede. In een democratie zullen die leiders tijdens verkiezingen afgerekend worden op hun verantwoordelijkheid. In Zuid-Afrika, Colombia, El Salvador, Chili, Nigeria, Liberia, Rwanda, Paraguay, Sri Lanka en vele andere landen is de overgang van oorlog naar vrede gemaakt door formele trajecten van dialoog en verzoening. Waarom mag het in andere landen wel en in Suriname niet?
In Suriname hebben we een unieke situatie. Tussen 1982 en nu zijn er twaalf gevallen geweest van politiek geweld of pogingen daartoe. De belangrijkste zijn 25 februari 1980, de Rambocuscoup in maart 1982, de Decembermoorden en de Binnenlandse Oorlog. In totaal zijn er 450 doden gevallen, waarvan vijftien op 8 december. Ruim dertig jaar lang is de 8 Decembergroep erin geslaagd om het leed van de slachtoffers van politiek geweld te monopoliseren en het leed van andere slachtoffers weg te drukken.
Dat is de afgelopen twee jaar veranderd. Slachtoffers en nabestaanden die nooit een stem hebben gehad, hebben nu een stem gekregen. Ze hebben een handreiking gedaan aan de nabestaanden van 8 december om hun leed met elkaar te verbinden in plaats van van elkaar te scheiden. In hun arrogantie en vermeende morele superioriteit heeft de 8 Decembergroep steeds geweigerd om zelfs een gesprek hierover aan te gaan. Hun hoop is gevestigd op het rechtsproces.
De uitkomst van het proces staat vast. De Krijgsraad zal Bouterse veroordelen tot een gevangenisstraf. Waarom staat die uitkomst vast? Omdat de rechterlijke macht in Suriname niet opereert volgens wet en recht, maar volgens een politieke visie. En die visie is: Bouterse moet hangen.
Rechters zijn geen goden. Goden wonen in de hemel. Rechters wonen in Paramaribo en gaan op vakantie in Nederland. Ze zijn mensen. Ze hebben sociale en politieke opvattingen en opereren in sociale en politieke netwerken. Ze bellen, mailen, appen, ontmoeten mensen en gaan naar hun werk. Professionele rechters laten hun politieke opvattingen geen rol spelen in hun werk. Dat is niet het geval in Suriname. Het Hof van Justitie en de Krijgsraad hebben besloten om wetten en regels aan hun laars te lappen en hun politieke opvattingen leidend te laten zijn in hun werk. Je hoeft geen jurist te zijn om dat te zien.
Het rechtssysteem in Suriname is gebaseerd op de scheiding der machten. Het parlement is de wetgevende macht, die wetten maakt. De regering is de uitvoerende macht die de wetten uitvoert. De rechterlijke macht toetst het gedrag van burgers aan de wet. Als de wet zegt dat je in de stad niet harder dan 50 km per uur mag rijden en je komt voor de rechter omdat je 60 km per uur hebt gereden, dan kan de rechter niet zeggen: meneer, het parlement mag wel vinden dat je niet harder dan 50 km per uur mag rijden, maar ik maak mijn eigen regels. Ik vind dat je niet harder dan 60 km per uur mag rijden. Dat mag een rechter niet doen. Als hij of zij dat doet, dan is er sprake van een ontsporing van het gerechtelijk systeem. De rechter gaat op de stoel zitten van de wetgever. Nergens in de democratische wereld zou dit geaccepteerd worden.
Als het parlement een wet aanneemt om amnestie te geven, dan kan een rechter niet zeggen: “Dat lap ik aan mijn laars. Ik ga mijn eigen wetten maken.” Maar dat is wat het Hof van Justitie en de Krijgsraad in Suriname hebben gedaan en nog steeds doen. Ze maken hun eigen wetten en regels op grond van hun politieke opvattingen. Daarom zal hun uitspraak zijn dat Bouterse de gevangenis in moet. Het zal niemand hoeven te verrassen. Het doel van die uitspraak is om de spanningen in de samenleving op te voeren in de hoop dat die spanningen leiden tot geweld en dat geweld weer leidt tot een militaire interventie van Nederland en Amerika. Dat is het simpele scenario.
En wat opmerkelijk is, is dat zelfs de procureur-generaal hierin meegaat. Het Openbaar Ministerie is geen particulier instituut dat subsidie krijgt van de overheid om aanklachten te doen. Het OM is de werkarm van de staat. Ze opereert namens de staat. Nu heeft de staat het OM opgedragen om te stoppen met de 8 decemberzaak. Je zou verwachten dat het OM dan een brief schrijft aan de Krijgsraad en zegt: “Dames, ik kom niet meer naar uw zittingen. Ik haal de zaak van de rol.” Voor de staat is er geen case meer. Dus einde verhaal. In plaats daarvan gaat het OM in hoger beroep tegen het besluit van de Krijgsraad om het proces te vervolgen. Daardoor werkt ze mee om het proces gaande te houden. Het was de verwachten dat het Hof het beroep zou verwerpen, omdat het niet gaat om wet en recht, maar om politiek. Wat gaat er gebeuren als het OM zegt: “Dames, doei! Ik kom niet.”
Onder normale omstandigheden zou het volgende moeten gebeuren in een rechtsstaat. De staat zegt: ik ga niet vervolgen, dus wordt de zaak van de rol gehaald en is dat het einde van het proces. Voor politici in toga is dit niet acceptabel. Dus gaan ze zeggen: “U kunt wel stoppen, maar wij gaan gewoon door.” Ze gaan op de stoel van het OM zitten en gaan een uitspraak doen, hoewel er geen aanklacht is! De rechter wordt dan ook aanklager. Je denkt dat dit fantasie is? Je zult versteld staan hoe politiek werkt. Politici in toga gaan niet jarenlang werken om Bouterse te veroordelen en dan op een dag zomaar te stoppen. Juristen vinden altijd een regel als ze iets willen goedpraten. Dus zul je zien dat ze artikel x, lid y, sub z uit een hoed toveren om een juridisch tintje te geven aan een politiek besluit, dat het rechtssysteem volledig ondergraaft.
Wat zou een samenleving moeten doen als de rechterlijke macht niet meer onafhankelijk is, maar door politieke motieven wordt gedreven? Wat moet een parlement doen, als ze wetten maakt die door een gepolitiseerde rechterlijke macht wordt genegeerd en aan hun laars gelapt? Wat moet een regering doen met een uitspraak van deze rechterlijk macht? Er zijn twee keuzen. De eerste keuze is dat de regering de rechterlijke macht corrigeert en zegt: “Dames, uw uitspraak is gebaseerd op politieke overwegingen en dus ga ik die niet uitvoeren.” Dat is wat deze regering zou kunnen gaan doen. Ze kan aangeven dat ze een mogelijk vonnis niet zal uitvoeren omdat de rechterlijke macht buiten haar grenzen is gaan opereren. De rechter staat niet boven een gekozen parlement en regering. Niet in Nederland, niet in Amerika, waarom wel in Suriname?
De tweede keuze is dat de regering de politieke besluiten van de Krijgsraad zou gaan steunen. Dat is de keuze van Santokhi. Hij heeft zichzelf in die positie gemanoeuvreerd.
DA’91 en SPA hebben nul zetels. NPS heeft twee, dat is ook niet erg veel. Bij nieuwe verkiezingen gaan die echt niet naar 26. De belangrijkste partijen zijn van Brunswijk, Somohardjo en Santokhi. Somohardjo is onbetrouwbaar, want die kijkt naar pinda’s, niet naar principes. Wat hij vindt is afhankelijk van de pinda’s die hij krijgt en niet van moraal of filosofie. Vandaag kan hij voor iets zijn, maar als de pinda’s anders vallen dan is hij ertegen. Brunswijk moet nog een standpunt formuleren op de vraag of hij voor uitvoering van het vonnis zal zijn.
De grootste last rust op Santokhi. Gegeven zijn onvoorwaardelijke steun aan de 8 Decembergroep heeft hij geen keus dan te zeggen: “Ik zal het vonnis van de Krijgsraad uitvoeren om Bouterse c.s. naar de gevangenis te sturen.” Hij kan niet zeggen: “Ik ga gratie verlenen”, omdat gratie feitelijk amnestie is. Je kunt andere woorden gebruiken, maar in essentie zeg je: “Ik ga je niet arresteren om je in de gevangenis te gooien.” De 8 Decembergroep zal dat niet accepteren nadat ze dertig jaar gestreden heeft om de man in de gevangenis te krijgen, er een vonnis is en dan nog geen uitvoering wordt gegeven.
Zodra Santokhi zegt: “Ik respecteer de onafhankelijkheid van de (gepolitiseerde) rechterlijke macht”, dan zegt hij eigenlijk: “Ik ga voor politieke instabiliteit zorgen.” Want een arrestatie van Bouterse c.s. zal echt niet zonder slag of stoot gaan. Santokhi kan dat weten, want hij zat in een Frontregering die het geprobeerd heeft. Er zijn plannen geweest om Bouterse te arresteren. In één plan zou Bouterse op weg naar een getuigenis voor de rechter gearresteerd worden. Kennelijk was een vonnis niet nodig. Vervolgens zou hij op een boot worden gezet die naar de Antillen zou gaan. Onderweg zou hij dan vermoord worden en in zee worden gegooid. En iedere keer bleek dat het risico op een geweldsexplosie erg groot was, dus is de zaak afgeblazen.
Voor Bouterse is de zaak heel simpel. Hij is al eerder door dit soort processen gegaan. Hij heeft al een veroordeling tot gevangenisstraf in Nederland. Maar dat heeft niet verhinderd dat hij twee keer tot president werd gekozen en normaal zijn werk doet. Een vonnis betekent niet dat het uitgevoerd zal worden, ook al is een Frontregering aan de macht.
In 2005 veroordeelde het Inter-Amerikaanse Hof voor de Rechten van de Mens de verantwoordelijken in het leger onder leiding van de toenmalige commandant Ernst Mercuur voor de moorden in Moiwana. Maar Mercuur is een tegenstander van Bouterse en werd door de regering Venetiaan in 2001 zelfs benoemd tot bevelhebber van het Nationaal Leger. De Frontregering had de mogelijkheid om hem in de gevangenis te gooien met het vonnis. Dat hebben ze niet gedaan. Waarom niet? Omdat het had kunnen leiden tot geweld. De militairen van Mercuur zouden in opstand komen omdat ze zich afvragen waarom Brunswijk wel amnestie heeft gekregen en zij niet.
Als Santokhi de uitspraak van de Krijgsraad wil effectueren, dan moet er een gewapende macht van buiten komen om Bouterse te arresteren. Die komt er niet zomaar. Je moet een enorm toneelstuk gaan opvoeren om een sfeer te creëren voor een invasie.
Laten we kijken hoe zo een toneelstuk opgevoerd zal worden. Neem gerust een djogo en een telo en aanschouw de show.
Het begint bij je eerste slok Parbo met Hugo Essed. Hij gaat tieren en schreeuwen: “Artikel x, lid x, sub z zegt dat het niet kan. Kan niet, mag niet! Arresteren die handel!”
Bij de eerste telo komt Theo Para: “De wereld gaat ten onder als we deze Holocaust accepteren. Nederland doe iets.”
Bij je tweede telo hoor je Internationale Commissie van Jokers/Juristen: “Serieuze mensenrechtenschendingen in Suriname.”
Na de derde telo zegt de Nederlandse regering met haar slavernijverleden: “Een zwarte dag in de geschiedenis van Suriname.”
Bij je tweede slok Parbo komt Maisha Neus, demonstrant van beroep, met een bord op het onafhankelijkheidsplein: “Weg met de moordenaar!”
En zo gaat het een tijdje door. Maar om te weten hoe het afloopt, moet je naar de titel van het toneelstuk kijken. Het heet: “De papierentijgers van Paramaribo.”
Veel geschreeuw, maar geen militaire invasie. Dat geschreeuw heeft Suriname in de afgelopen 35 jaar ettelijke keren meegemaakt. Nooit heeft het geleid tot een militaire invasie. Dat zal nu niet anders zijn.
Dus zit Santokhi met een groot probleem. Zijn enige oplossing is …. dialoog en verzoening. Dat is de enige manier om een definitieve en duurzame oplossing te bereiken.
Santokhi is geen domme man. Hij denkt wel degelijk na over lange termijn oplossingen. Maar de druk van Nederland en de 8 Decembergroep wegen zwaar. Bij het begin van mijn onderzoek heb ik een gesprek gehad met Santokhi waarin ik hem om steun vroeg voor het traject dat ik had opgezet. Hij weigerde toen die steun.
Tijdens mijn onderzoek kwam ik erachter dat er een initiatief was van een Nederlandse hoogleraar die met steun van Zuid-Afrika en China een traject in Suriname wilde opzetten van dialoog en verzoening. Ik sprak met hem en hij vertelde me dat hij contact had met Santokhi en dat die het initiatief steunde. De hoogleraar schreef een brief aan de president met het voorstel. De president zag het wel zitten, maar vond dat de hoogleraar andere initiatieven zoals die van Jeroe erbij zou moeten betrekken. Dat vond de hoogleraar prima. Maar Santokhi trok zijn steun op het laatste moment in en het hele traject ging niet door.
Toch neem ik het Santokhi niet kwalijk. Ik begrijp dat hij onder druk staat. Maar Santokhi moet ook nadenken over het electoraal effect van zijn actie om Bouterse c.s. te laten arresteren. In de afgelopen decennia is het draagvlak voor de 8 Decembergroep in de Surinaamse samenleving enorm gedaald. Dat blijkt uit de statistieken. In 1987, de eerste democratische verkiezingen na de coup, had de NDP drie van de 51 zetels. In de daaropvolgende jaren is er sprake van een stijgende lijn: 12 in 1991, 16 in 1996, een terugval met 10 in 2000, 15 in 2005, 23 in 2010 en 26 in 2015. Al die jaren zijn de 8 Decembermoorden steeds een onderliggend thema geweest. Een betere indicatie voor het dalende draagvlak van de 8 Decembergroep in de samenleving is er niet.
Kijk naar de traditionele 8 Decemberherdenkingen in Suriname. Ze trekt tussen 50 en 100 mensen, dat is niet veel. Dus zelfs als Santokhi in electorale termen denkt, dan is het niet verstandig om je uitsluitend te laten leiden door een groep waarvan het draagvlak in de samenleving erg smal is geworden en ze het vooral moeten hebben van steun vanuit Nederland.
Mensen zijn niet gek en dom. Ze zien de dubbele moraal van de 8 Decembergroep over politiek geweld. Ze willen gerechtigheid voor iedereen, rust en vrede. Als ze in 2020 gaan stemmen, dan zullen ze zich ook afvragen welke partij voor gerechtigheid, rust en vrede gaat zorgen en welke partij garant staat voor eenzijdigheid, onrust en instabiliteit.
Strikt genomen heeft Bouterse geen traject nodig van dialoog en verzoening. Hij kan er zonder. Het volk van Suriname kan er niet zonder. Als hij dit traject steunt, dan is dat om morele en politieke redenen, niet om persoonlijke.
De 8 Decemberstrategie van confrontatie heeft tot niets geleid en zal tot niets leiden. Daarom zeg ik: Santokhi heeft dialoog en verzoening harder nodig dan Bouterse. Bouterse doet het omdat de samenleving het nodig heeft, niet omdat hij het nodig heeft. Santokhi zou ook zo moeten redeneren: doe het omdat de samenleving het nodig heeft, al heb je het zelf ook nodig om op lange termijn politiek te overleven.
En begin dat traject met een eerste stap in dialoog. En dat zou kunnen zijn om een gesprek aan te gaan met het Comité Slachtoffers en Nabestaanden van Politiek Geweld.
Sandew Hira