Ik ben een nazaat van Brits Indische contractarbeiders die onder slaafse omstandigheden arbeid hebben verricht in Suriname. Contractarbeid was toen een modern begrip voor slavernij. Hoewel het in de praktijk niks anders was dan slavernij, was het in theorie geen slavernij, want men kreeg enkele centen uitbetaald (contractarbeid dus). Ongeveer een derde deel van de contractarbeiders is teruggekeerd naar India, hetgeen aangeeft dat een groot deel van de contractarbeiders het bar slecht had in Suriname.
De vele opstanden en verzetten zijdens de contractarbeiders spreken boekdelen. Ten tijde van de moord op plantagedirecteur James Mavor in het jaar 1902, was Plantage Mariënburg eigendom van de Nederlandse Handelmaatschappij (NHM). Ter info: NHM was een historische voorloper van de ABN AMRO (Bron: IISG: Het slavernijverleden van historische voorlopers van ABN AMRO, pagina 102).
De moord op Mavor was het gevolg van jarenlange onmenselijkheden jegens de aldaar werkende ‘contractarbeiders’ met een slaafs arbeidscontract. Weinigen weten van het massagraf te Mariënburg welke het gevolg was van de opstanden te Mariënburg.
Het stukje geschiedenis over de onmenselijkheden bij de contractarbeiders uit Azië, komt in Suriname zeer slecht aan bod in het onderwijs dat gedomineerd werd door de nazaten van de slaven. Hierdoor zijn de nazaten van de slaven niet bewust van het feit dat de slavernij na 1863 (het jaar van de afschaffing van slavernij) doorgegaan is.
Zweepslagen van eeuwen geleden worden nog steeds gevoeld
Ik kan geen oordeel vellen over de pijn die de nazaten van de slaven van Afrikaanse afkomst voelen. Hoewel velen van hen zeggen de zweepslagen nog steeds te voelen, kan ik daarover geen oordeel geven. Desondanks wil ik het even kwijt dat ik nog nimmer een goede argumentatie heb gezien (ook niet in het adviesrapport inzake het slavernijverleden) hoe zweepslagen van eeuwen geleden nog steeds voelbaar zijn.
Ik althans, heb geen trauma van de onmenselijkheden jegens mijn voorouders. Die zijn vergaan, maar hebben mij wel weerbaar gemaakt in het denken, voelen en beleven. Het innemen van een slachtofferrol zal mij niet verder helpen, want daar ben ik stellig van overtuigd vanwege mijn opvoeding en referentiekader. Opvoeding welke van generaties op generaties doorgegeven wordt, sinds de tijd van mijn voorouders.
Als nazaat van de Brits Indiërs weiger ik mee te willen liften met het leed van wie dan ook. Ik zit niet te wachten op excuses of herstelbetalingen aan nazaten van Brits Indische contractarbeiders. Mijn voorouders hebben geïnvesteerd in hun nageslacht, in het bijzonder in scholing en opvoeding. Dat heeft ertoe bijgedragen dat men heden ten dage mij geen knollen voor citroenen kan verkopen en dat ik kritisch, maar vooral nuchter kan denken.
Die offers van de voorouders zijn nog steeds actueel en ik voel het ook als mijn plicht om die offers voort te zetten, zodat mijn nageslacht eveneens een goede scholing en opvoeding krijgt. Hoewel ik niet kan praten namens anderen, voelt het ook zo aan bij vele andere nazaten van Aziatische, waaronder Brits Indische ‘slaven’ in Suriname. De scholing en opvoeding hebben een significante bijdrage geleverd aan het feit dat ik thans elke dag zorg kan dragen voor brood op tafel. Of die excuses en eventueel herstelbetalingen nou komen of niet, deren mij niet.
Het protest tegen voorgenomen excuses op 19 december 2022 heeft een racistisch motief
Bijkans eenieder weet dat de nazaten van slaven uit Afrika, decennialang hebben uitgekeken naar excuses voor het Nederlandse slavernijverleden. Als zij dat willen, is het hun goed recht (ik kan daarover niet oordelen). Indien men jarenlang zo naarstig ernaar uitgekeken heeft, kan ik dit niet rijmen met het feit dat men anderzijds nu heftig protesteert tegen de datum van 19 december 2022, de dag waarop premier Mark Rutte voorgenomen heeft excuses aan te bieden voor het Nederlandse slavernijverleden.
Indien men beweert zodanig te lijden onder het slavernijverleden, zou elke dag dat men langer wacht op excuses, één dag te laat zijn. Nu vindt men de excuses zelfs te vroeg, nu wil men zelfs een half jaar langer erop wachten. Weliswaar voelt u het al aan dat hier iets niet klopt en dat enge motieven aan ten grondslag liggen.
Bij enkele stichtingen of comités die protesteren heb ik via mijn netwerken kunnen infiltreren (ja, u leest het goed!). De nazaten van de slaven vrezen dat premier Mark Rutte excuses aanbiedt voor het algehele koloniale verleden, waarbij iedereen die eronder geleden heeft, excuses aangeboden krijgt. Daarbij zullen de nazaten van de contractarbeiders uit Azië ook aan bod komen en dat is precies datgene wat de nazaten van de Afrikaanse slaven niet willen. Zij willen het puur tot een “blackman thing” maken, waarbij er geen plaats is voor andere groepen die ook onrecht aangedaan is. En dit, terwijl men zegt op te komen tegen onrecht.
1 juli is de dag waarop de slavernij in Suriname werd afgeschaft. Het wordt door de Afro-Surinamers gezien als een blakaman dei. Des te meer reden voor de racisten om excuses te eisen op 1 juli en niet op een andere dag, zodat het een blakaman dei-ding blijft.
Wat er ook speelt, is dat de oproerkraaiers vrezen dat bij excuses voor het algehele koloniale verleden, eventuele herstelbetalingen ook ten goede komen aan de nazaten van Aziatische contractarbeiders. Ik mag u geruststellen, ik ken geen één nazaat van de Aziatische contractarbeiders die op enige financiële genoegdoening zit te wachten.
Schadeloosstelling van de nazaten van slavernij
Ook hierover heb ik geen oordeel. Indien de blakaman honderd miljard aan schadevergoeding wil hebben, geef ze wat mij betreft duizend miljard of zelfs meer. Als dat hun helpt, is niemand zo blij als ik. Mocht het zijn dat zij een schadeloosstelling krijgen, dan heb ik wel een bescheiden, doch welgemeend advies aan de Nederlandse regering en aan mijn blakaman broeders en zusters.
Geef je de Afro-Surinamer geld, dan is de kans groot dat het binnen de kortste keren aan consumptieve doeleinden besteed wordt en zodoende het geld bij anderen terechtkomt. Het risico bestaat dat het niet ten goede zal komen aan hun toekomstperspectieven, want het geld is dan op. Reden waarom ik de Afro-Surinamer datgene gun, dat hen nimmer ‘afgepakt’ kan worden. Ik gun de Afro-Surinamer een hoogste goed dat de mensheid kan bezitten en dat is onderwijs (kennis), met een daaraan gekoppelde beschaving. Kennis kan hen door niemand afgepakt worden.
Wie geschoold is, kan voor zichzelf en voor zijn nageslacht zorgen en dat is een sleutel tot succes voor de latere generaties van de Afro-Surinamer. De drang naar onderwijs moet bij veel Afro-Surinamers gestimuleerd worden, daarin moet fors geïnvesteerd worden. De Afro-Surinamer die wil studeren moet gefinancierd kunnen worden uit een fonds.
De Afro-Surinamer die de drang heeft hoog te scoren op de cijferlijst, zodat die ook voor de medische studie in aanmerking kan komen, moet extra gestimuleerd kunnen worden uit dat fonds. Kortom, er moet een modus gevonden worden om de blakaman te stuwen naar grotere hoogten in het onderwijs. Besteed een eventuele schadeloosstelling daaraan. Er zal een mindshift moeten plaatsvinden. Er zou ook geïnvesteerd moeten worden in het arbeidsethos en de productiviteit van de Afro-Surinamer.
Hieronder geef ik u een voorbeeld van een denkwijze van een nazaat van de slaven. Dit figuur lijkt het geld uitgegeven te hebben nog voordat hij het ontvangen heeft. Zie hier een voorbeeld van de reden dat men ervoor moet zorgen dat de blakaman geen slachtoffer wordt van zichzelf.
Verbod op het woord ‘neger’
Op school heb ik dit woord geleerd, tijdens bewind van zij die thans protesteren tegen gebruik van dit woord. Ik heb toen op school ook geleerd over ‘bosneger’ en ‘stadsneger’ (tijdens bewind van blakamans). Het is opmerkelijk dat men plotseling moeite heeft met gebruik van het woord ‘neger’. Het is een onderzoek waard waarom men er plotseling moeite mee heeft. Ook zou ik willen weten hoe deze groep dan genoemd wil worden.
Frappant is dat degenen die geen neger genoemd willen worden, tot op heden ten dage de Hindustanen bejegenen met het denigrerend bedoelde woord ‘koelie’. Hun haat jegens hen die zij ‘koelie’ noemen is nooit zo manifest geweest als heden ten dage. Niet zo lang geleden moest ik samen met Kries in de pennen klimmen met deze column die het gevolg was van het wangedrag van blakaman-racisten in Amsterdam, tijdens het officiële bezoek van president Chan Santokhi aan Nederland.
Een Surinaamse politieke partij die recentelijk tijdens het bezoek van premier Mark Rutte aan Suriname populistisch aangaf excuses te willen voor het slavernijverleden, was deelgenoot van de regering-Bouterse die de Ashanti-koning groots onthaald had in Suriname. Ter info: De Ashanti-koning is nazaat van de Ashanti-dynastie in Ghana die haar eigen mensen (de Afrikanen) als slaaf verkocht aan de slavenhandelaren. Naar aanleiding daarvan had ik deze column gepubliceerd, die door veel nazaten van de slaven niet eens begrepen werd. Men was mentaal niet bij machte om de hypocrisie in te zien.
In Suriname manifesteert het door de blakaman denigrerend bedoelde woord ‘koelie’ zich dagelijks vanaf de eerste klas van de basisschool al. De blakaman kinderen die dit doen, krijgen het uiteraard met de paplepel ingegoten van hun ouders en familie (beschaving!). Onderschat het niet, zelfs in Nederland hebben jonge kinderen van blakamans het woord ‘koelie’ geïntroduceerd bij de kinderen van Marokkaanse afkomst. Die hebben het slechte voorbeeld helaas ook overgenomen.
De blakaman kinderen in Nederland zullen dit thuis geleerd hebben van hun ouders die anderzijds wel protesteren tegen “Zwarte Piet” en het woord ‘neger’. Het is een kwestie van beschaving. Men kan moeilijk van de blakamans afdwingen om te stoppen met denigrerend bedoelde woorden als ‘koelie’, ‘koelie man’, etc. Nog minder kan dat bij wet afgedwongen worden. Zolang het bij de opvoeding meegegeven wordt, zal het niet veranderen. Zie hoe belangrijk opvoeding en beschaving zijn.
Het feit dat ik gedurende mij jeugd stelselmatig ben beledigd en beschimpt door mensen voortkomende uit de groep die thans een verbod willen op het woord neger, heeft mij weerbaarder gemaakt. Ik ben geen slachtofferrol gaan aannemen. Niet zelden heb ik moeten aanhoren: “koelie don, koelie don, koelie don” (dit werd ritmisch uitgesproken in de vorm van raptekst), “koelie njang alesie”, “koelie no sab Nederlands”, “koelie plan alesie”, “koelie njang soso daal”, “koelie no weri susu” en later toen ik wel een “susu” had, “koelie man, gi a patta” (beroving dus!), etc. Ik, en met mij zoveel anderen van Hindustaanse afkomst, werden op straat overigens bijna altijd “koelie man” genoemd, maar dan in denigrerende vorm.
Minister Franc Weerwind geschoffeerd
Men protesteert tegen het voornemen dat minister Franc Weerwind van Rechtsbescherming de excuses in Suriname zal aanbieden of daarover uitleg zal geven. De nazaten van de slaven zien in hem geen minister van Rechtsbescherming die mandaat heeft om namens de Staat der Nederlanden te praten, maar men ziet in hem eerst een blakaman. Men verliest uit het oog dat hij minister is, in die hoedanigheid optreedt en in die functie gerespecteerd moet worden, ongeacht zijn afkomst.
Men schoffeert hem om hem eerst als een blakaman te zien en dan pas als minister. Dit wetende, zullen de Nederlanders en andere landen twee keer nadenken om een blakaman te benoemen in een cruciale functie, want blakamans zullen van hem verwachten dat hij zich eerst als een blakaman opstelt en dan pas als de functionaris of bewindsman waarvoor hij aangesteld is. Men gooit zijn eigen glazen in en als een blakaman om die reden een keertje gepasseerd zal worden, zal er weer gezeur zijn. Niet beseffende dat men zelf debet aan is.
Zou Weerwind niet betrokken worden bij het proces, dan zou men hoog vanuit de daken schreeuwen dat een nazaat van de slaven die minister is, niet betrokken is. Nu hij wel betrokken wordt, is er weer gezeur. Niks is goed, niemand is goed en geen enkel tijdstip is goed. Gezeur ten top.
De president van Suriname wordt door blakamans als Hindustaanse president gezien en niet als president van Suriname. Dit kwam duidelijk naar voren tijdens de rechtszaak die oproerkraaiers hadden aangespannen tegen de Nederlandse staat om de datum van 19 december te verschuiven naar 1 juli. Er is een patroon te bespeuren bij de blakamans. Die kijkt eerst naar je etnische afkomst en dat zal hun mentale ontwikkeling niet goed doen.
Owen Venlo die vaak in de media verschijnt, ziet Santokhi en Rutte zelfs als slavendrijvers. Zie hoe de blakaman van wie je het nooit zou verwachten, toch hard aan het polariseren is. Hieronder een reactie van Owen Venlo op Facebook:
De haat en mentale blokkering bij de nazaten van de slaven is dermate groot, dat zelfs bij plechtigheden bij het slavernijmonument in Amsterdam sommige nazaten van Afrikaanse slaven racistische leuzen, haat, beledigingen en minachtingen hebben gepredikt jegens Hindustanen. De haat en de daarmee gepaard gaande mentale blokkering bij deze nazaten is zo groot dat men niet eens een staaltje respect had voor het eigen monument dat staat om ons ook te herinneren aan het racisme, de haat, beledigingen en minachtingen waarmee de slavernij gepaard ging.
Decennialang hebben de nazaten van de slaven van Afrikaanse afkomst zitten protesteren tegen Zwarte Piet in Nederland, hetgeen ook geassocieerd wordt met het slavernijverleden. Nu er excuses komen over het slavernijverleden, zeurt men over alles dat daarmee te maken heeft. Dit is nou echt het werk van een ‘Zeurpiet’.
Sunil Sookhlall
sunil.sookhlall@hotmail.com
Facebook