Ik heb gelezen hoe gelegenheidslid van de NPS, Raoul Hellings, spartelde zodra hij inhoudelijk niets in te brengen heeft. Heb je inhoudelijk niets in te brengen, dan wórd je persoonlijk – ook een typisch gedragspatroon. Dan heb ik het over het ingezonden, doch inhoudelijk nietszeggende artikel van Raoul Hellings als reactie op mijn column.
Het is ook een typisch gedragspatroon om critici van de komende regeercombinatie weg te zetten als personen die teleurgesteld zijn. Het is zelfs een cliché geworden. Beladen met hokjesdenken krijg je ook het etiket van VHP-sympathisant; men gaat je stigmatiseren. Zijn stelling dat ik niet kritisch was toen de VHP aan de macht was, is mogelijk het gevolg van selectief lezen/volgen of onvermogen tot begrijpend lezen.
Ik nodig hem uit eens een kijkje te nemen in de kritieken die ik heb geuit op Chan Santokhi, zijn trawanten en zijn regering. Die staan allemaal op de website van Suriname Herald. Ik had gewenst dat Hellings inhoudelijk zou ingaan op de door mij en anderen geponeerde tegenstrijdigheden in de redenen die de NPS geeft om samen te werken met de NDP. Helaas is hij daarop niet ingegaan.
Twee maal twee is vier, maar twee plus twee ook
Hellings stelt dat hij nimmer gezegd heeft de wisselkoers middels wetgeving te willen bepalen. Hij ziet niet in dat wat hij wél gezegd heeft, ook erop neerkomt dat je de wisselkoers bij wet wilt bepalen.
Hij stelt: “In dat kader heb ik gezegd dat dergelijke praktijken, waarin moedwillige koersopdrijving plaatsvindt, via wetgeving moeten worden aangepakt. Niet omdat ‘de koers in de wet moet worden vastgelegd’, maar omdat economische sabotage – want dat is het – gewoon een delict is. En zoals met elk delict: het behoort aangepakt te worden via beleid, controle en wettelijke kaders. Als dat te moeilijk is om te begrijpen, wil ik het best nog een keer langzamer herhalen.”
Met de stelling dat de wisselkoers opgedreven wordt, gaat het al fout. Geen enkele cambio of handelaar heeft er baat bij om de wisselkoers op te drijven. Geen enkele.
Als je koersopdrijving (mede) middels wettelijke kaders (dus middels wetgeving) wilt aanpakken, komt het op hetzelfde neer: je wilt de wisselkoers (mede) bij wet bepalen. De uitkomst is hetzelfde: 2 + 2 = 4 en 2 × 2 = 4. Het verbaast mij ten zeerste dat ik Hellings dit nog moet uitleggen. Uitgerekend zulke figuren willen intrede doen binnen het staatsbestel. Dan kun je ook bij wet bepalen dat het gaat sneeuwen in Suriname.
Ik memoreer hem graag aan de periode van “wisselen, wisselen” op de markt en op diverse hoeken van de straat in Paramaribo Centrum in de jaren ’80 en ’90. Ondanks een streng repressief militair bewind van toen (NDP), is het niet gelukt om de wisselkoers in toom te houden. De regeringen Bouterse I en II probeerden het via Chotelal, ook dat is niet gelukt. Bouterse heeft diverse keren in De Nationale Assemblee beloofd de wisselkoers omlaag te zullen krijgen. Vicepresident Ronnie Brunswijk had zelfs op een zaterdag beloofd om de wisselkoers op de volgende maandag omlaag te zullen krijgen met powerplay. Geen van hen is het gelukt.
Kortom: je kunt de wisselkoers nimmer in toom houden middels welke wetgeving dan ook. Maak je wetgeving of ga je repressief optreden, dan gaat het de illegaliteit in – en daar zijn genoeg voorbeelden van in Suriname en daarbuiten. Economische wetmatigheden kun je niet doorbreken middels zaken die buiten het speelveld van die economische wetmatigheid afspelen. Ik nodig Hellings vol gaarne uit om een artikel te publiceren, samen met de hele NPS, NDP en trawanten, en daarin uit te leggen hoe hij denkt de gesuggereerde opdrijving van de wisselkoers in toom te kunnen houden middels wetgeving.
Eveneens verzoek ik Hellings aan te geven waarom het een economische sabotage zou zijn indien bij schaarste aan dollars iemand een hogere prijs voor de dollar wil betalen om aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen in vreemde valuta.
Hellings hanteert de domme NDP-logica dat de wisselkoers opgedreven wordt door politieke tegenstanders. Op straat en op social media bezigen NDP’ers deze logica. Ook aan hun kinderen geven zij dit mee, die vervolgens de bizarre domheid voortzetten. Indien politieke tegenstanders (lees: VHP) de wisselkoers opdreven, dan vraag ik mij af waarom zij die wisselkoers dan niet meteen verlaagd hebben toen regering Santokhi aan de macht kwam, want dat zou immers in het voordeel van Santokhi zijn. Als Santokhi of de Santokhi-gelieerden de macht hadden om de wisselkoers tijdens regering Bouterse te doen stijgen, dan zouden zij tenminste ook dezelfde macht hebben om die wisselkoers te doen kelderen toen Santokhi aan de macht was.
Kans is groot dat de wisselkoers zal stijgen
Hellings hekelt het feit dat sommigen ervoor waarschuwden dat, indien de VHP niet in de regering komt, bepaalde handelaren die al dan niet gelieerd zijn aan de VHP de wisselkoers bewust zouden opdrijven. Hier had Hellings moeten ingrijpen en moeten meedelen dat het een fabel is dat handelaren de wisselkoers bewust zullen opdrijven. De kans dat de wisselkoers mogelijk zal stijgen heeft niets te maken met opzet van handelaren; het heeft puur te maken met de financiële onzekerheid indien een regering met NDP-signatuur aan de macht komt.
De wisselkoers wordt niet alleen door vraag en aanbod bepaald, maar ook door andere factoren zoals macro-economische en politieke stabiliteit. De financiële markt heeft rust nodig. Hoe meer vertrouwen in een regering, des te meer de financiële rust. Zo is de monetaire reserve ook medebepalend voor de stabiliteit van de wisselkoers. Het is een feit dat elke regering met NDP-signatuur de door de voorgaande regeringen opgebouwde monetaire reserve verbrast heeft. Elke regering die daarna komt, mag de reserve weer opbouwen, maar dan zal het volk klagen dat er bezuinigd wordt.
Tot slot wil ik Hellings meegeven dat hij liever zijn mond kan houden over principes. Het is verbijsterend te moeten constateren dat Hellings ook deel zal uitmaken van een coalitie waarvan de grootste coalitiepartij diepe krassen heeft achtergelaten op de zielen van vele NPS’ers. Dit getuigt ook van een diepe minachting voor de burgerij van de Republiek Suriname.
Sunil Sookhlall
[email protected]