Het is een goede zaak dat de Nederlandse premier een beleefdheidsbezoek als reciprociteit op het bezoek van president Chan Santokhi vorig jaar aan Nederland brengt. In het algemeen moet elk land dankbaar zijn voor alle hulp – groot en klein – van buiten zo dus ook Suriname voor alle steun en hulp uit Nederland.
De emoties in zowel Suriname als Nederland lopen op omdat beide zijde hardleers zijn en niet willen bijstellen op basis van eerdere ervaringen.
Nederland lijkt kritiekloos alles te accepteren van deze regering uit vrees en angst voor het alternatief. En dan noemen wij man en paard, uit vrees voor de terugkeer van Desi Bouterse. En hier is Nederland weer hardleers. Hardleers als het gaat om zijn houding over Suriname eind jaren 70, de ogen willen sluiten voor en het ondersteunen van de corrupte houding van de toenmalige regering. En toen kwam een coup en de rest is bekend.
Hardleers in de houding naar Afghanistan bijvoorbeeld. Willoos en kritiekloos in de armen van de corrupte president Hamid Karzai, armen vleien uit angst voor de terugkeer van de Taliban. Uiteindelijk zijn de Afghani’s toch maar teruggegaan naar de Taliban met de verschrikkelijke beelden van de evacuatie van mensen die Nederland steunde.
Als Nederland nu weer uit angst voor de terugkeer van de “boegieman Bouterse” de regering-Santokhi kritiekloos ondersteunt loopt Nederland het risico dat het volk straks weer verwijten zal maken naar Nederland en de verhoudingen zullen weer verstoord raken. En de angst van Nederland wordt bewaarheid.
Dat Nederland goede betrekkingen met Suriname wil is een heel goede zaak, dat moet Suriname ook graag willen. Dat is in het belang van beide landen en van de Surinamers in de beide landen.
Maar wijsheid zou zijn als Nederland net zo kritisch op Suriname is als Nederland altijd is naar landen waar verdrukking van rechten van burgers en journalisten is, waar corruptie en onethisch bestuursgedrag is. Daarmee dwingt Nederland juist respect af en bouwt aan een langdurige duurzame relatie met Suriname en met Surinamers in beide landen.
De Nederlandse regering en politici moeten stoppen met zich eenzijdig door politiek loyalisten en spindoctors van Santokhi te laten informeren en beïnvloeden. Dat dit gebeurt is publiek geheim, daar hoef je geen Einstein voor te zijn om dat in te zien. En Nederland moet stoppen met sentimenten dat zij langdurig uitgesloten waren en geen goede contacten met Suriname had. Nederland moet behoedzaam zijn.
Premier Mark Rutte zou er goed aan doen om niet in de val te trappen om selectief – mede geselecteerd door Santokhi – betrokkenheid te tonen. Als hij graag een krans wil leggen dan niet alleen bij Bastion Veere, de plaats van de Decembermoorden. Daarmee laat Nederland wederom zien dat die onderdeel wordt van de selectieve afkeuring van wat er allemaal in Suriname gebeurd is.
Want het hele Fort Zeelandia is een broeinest van misdaad, eeuwen gepleegd door Nederlanders notabene. Leg dan aub ook kransen bij de ingang van het Fort. Bij Moiwana zijn er ook doden gevallen, mede ondersteund door Nederland. Leg dan ook kransen bij dat monument. Als je toch begaan bent met misdaad tegen de samenleving, wat een hele goede zaak is, leg dan ook daar kransen. Leg dan ook een krans bij Kwakoe want het is een feit dat met slavernij een misdaad is begaan door Nederland. Het gaat er nu even niet om schuld bekennen of niet, het gaat nu niet om excuses maken of niet. Het gaat om niet ineens selectief Samaritaan spelen en alleen bij Bastion Veere kransen leggen. Of leg dan nergens kransen, onthoud op deze reis je van openlijke meningen. De relatie verbeteren met Suriname is niet alleen de relatie versterken met deze regering. Dat is juist contra effectief.
Voor meer “at stake” heeft Nederland de zuidelijke EU-landen flinke openlijke schrobberingen gegeven over hun verkwistend beleid en slecht bestuur. Wie kent immers niet de uitspraken van de minister van Financiën Dijsselbloem over Zuid-Europa en recent de halsstarrige houding van de andere minister van Financiën Hoekstra naar de zuidelijke EU-landen. Wie kent niet de stevige houding van Nederland richting Caraïbisch Nederland, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten namelijk alleen hulp als men corruptie aan banden legt. Daar heeft Nederland nog meer verantwoordelijkheid dan naar Suriname toe. Nederland, waarom dan ineens zo kritiekloos naar deze Surinaamse regering?
Het is een goede zaak dat Nederland niet graag samenwerkt en geassocieerd wil worden met bestuurders met onethisch gedrag zoals veroordeeld zijn voor drugs. Maar hoe kan Nederland dan zonder blikken of blozen samenwerken met, ondersteunen van en associëren met bestuurders die openlijk samenwerken met diezelfde drugsveroordeelden die Nederland verafschuwt, die openlijk zich associeert en samenwerkt met in Nederland veroordeelde en gezochte drugsveroordeelden? Met de bestuurders die openlijk kennelijk bezig waren om US$ 7 miljard wit te wassen op staatsniveau?
Wat zegt dan het moreel kompas van Nederland. Selectief verontwaardig doen helpt de relatie met Suriname niet, daar schiet Nederland het doel voorbij. Niet doen zou ik zeggen, wees kritisch op alles en iedereen zoals Nederland bekend om staat. Keur af, neem afstand en houd afstand zoals Nederland altijd doet. Het is verbazingwekkend dat Nederland zo ogenschijnlijk alles goed vindt wat de bestuurder in Suriname doet en die regering met alles ook wil ondersteunen. Bizar is dit zeker en het roept alleen maar vragen op. Wat zijn dan de motieven? Waarom is Nederland dan zo hardleers? Straks mag Nederland niet weer zeggen “ich habe nicht gewusst”. Laat je niet informeren en beïnvloeden door de Suriname-lobby in jullie partijen, zou ik tegen de Nederlandse regering willen zeggen. Laat je ook niet leiden door sentimenten.
Laat Suriname niet nog een “Kabul-ervaring” voor Nederland worden. De gemoederen – soms ook onterecht – in Suriname nemen toe, heb er oog voor, leer uit het verleden.
Nederland neemt een zakendelegatie mee. In alle nuchterheid, er is niet veel voor Nederlandse bedrijven te doen in Suriname op de toekomstige olie en gas na. En mocht die olie relevant zijn voor Nederlandse bedrijven dan is het advies juist om politiek behoedzaam te opereren. Die oliewinning kost nog wat tijd en iedereen die de Surinaamse politiek volgt moet weten dat verschillende regeringen daar om de zoveel tijd opvolgen. De huidige regering is niet verzekerd van een tweede termijn, laat staan een derde en dan doet Nederland er verstandig aan om vanuit het oogpunt van economische handelspolitiek zich niet zo openlijk te associëren met deze regering. De volgende regering kan de Kabul versie voor Nederland zijn.
Ik zou premier Rutte veel wijsheid willen toewensen, maar ik vrees dat hij dit niet leest en zal doen wat zijn ambtenaren en Nederlandse ambassadeur in Suriname hebben voorbereid. En dan hoop ik niet dat hij straks weer een ongemakkelijk moment in de Tweede Kamer zal beleven met kritische vragen van enkele Kamerleden. Die gaan komen. Als de Kamerleden niet alle berichten volgen dan helpen wij hen een handje met de berichten. De kritische vragen zullen iedereen scherp houden.
Hikmat Mahawat Khan


