In de voorgaande bijdrage waren we beëindigd bij de memorabele demonstraties. De heer Pakittow zat nog vast. Nu weten we inmiddels dat hij met anderen zoals Florian Daniel en Raoul Abdoelrahman zijn vrijgelaten. We pakken het vervolg op bij de verklaring van de president na de protestdemonstraties.
In een stoere toespraak in verband met de protestuitbarsting gaf de president min of meer de politie- en legereenheden de opdracht om de organisatoren en iedereen die verantwoordelijk waren voor de verstoring van de rechtsorde op te sporen en aan justitie voor te geleiden. Zo gaat de president op de stoel van de rechterlijke macht zitten wat in strijd is met de machtenleer. De rechtelijke macht opereert onafhankelijk en neemt geen opdrachten van wie dan ook aan – tenminste: wordt geacht!
De president betreurde de gewonden van de zijde van de militairen, politie en burgers en heeft deze bezocht. De regering zal alles in werking stellen om orde en rust in de gemeenschap te realiseren en dat personen en goederen beschermd zullen worden. De president beoogt een traject in te zetten voor een nationale dialoog met tal van organisaties en personen. Het tempo van het reeds ingezette sociaal programma wordt opgevoerd. Waarschijnlijk wordt hiermee de koopkrachtcompensatie van SRD 1800,00 bedoeld, een kruimel voor de minima (een neutraal begrip) en de AOV’ers, afgezet tegen de recente forse salarisverhogingen bij de rechterlijke macht en daarvoor de Krijgsmacht.
In ieder geval wordt deze groep de verhoging niet misgunt: laat dat duidelijk zijn! Het gaat om de verhouding. Zoals het ernaar uitziet wil de president met de dialoog tijd kopen omdat op papier de overheid geen idee heeft wie van de doelgroep financieel het hoofd tot de neus onder water heeft. Terwijl de regering kan weten waar de schoen wringt. Veel mensen hebben geen vaste woon- of verblijfplaats, geen vaste werkgever en geen bankrekening. Voor de tijd die de regering het roer overnam is geen poging gedaan de doelgroep in kaart te brengen (registratie), laat staan deze effectief te zoeken, meldde een verslaggever in Paramaribo.
Dit probleem bestaat al tijden. Iedere keer bij het verstrekken van koopkrachtcompensaties komt het registratie perikel als een duiveltje uit de doos. Men zou toch denken dat voor één keer geld wordt uitgetrokken zodat iedereen bij wet een bankenrekening, voor sommigen een mobile pinapparaat, kan openen bijvoorbeeld ook de worstman, ijsverkoper op de hoek en de arbeider in de goudsector. De berovingen zullen wellicht afnemen. Met andere woorden de ondernemers in de hele informele sector.
De ‘bijvangst’ hiervan, is de mogelijkheid om meer belastingopbrengsten te genereren. Blijft over zij die geen vaste woonplaats of adres hebben. Deze maatregel zou bij de formele wet in de steigers worden gezet omdat de banken de vertrouwelijke bankgegevens jaarlijks aan de Belastingdienst opgeven. Kleine spaarders bijvoorbeeld onder een ton worden met rust gelaten, daar valt niets te halen. Daarboven vallen de belastingplichtigen, inclusief bedrijven en grootverdieners, die een enveloppe (aangifte) op de deurmat tegemoet kunnen zien. Dit beleid wordt zo ongeveer in vele EU-lidstaten uitgevoerd – het wiel hoeft niet opnieuw uitgevonden te worden. De politiek is aan zet.
Het wordt een lange moeizame weg! Mondiaal betaalt niemand graag belastingen – het is des mensen – ook al zijn deze eerlijk, maar als dat niet gebeurd dan zal er ook geen welvaart en welzijn voor allen in Suriname tot stand komen. Dat is het eerlijke verhaal dat de regering moet uitdragen en de bevolking overtuigen.
Ten aanzien van de bescherming van het mijn en dijn dat de president predikte. Weet de president dat hardwerkende ondernemers (de banenmotor) waarschijnlijk hun geld ‘liever niet’ op een bankrekening storten en regelmatig worden beroofd van soms tonnen SRD’s en valutageld? Herinnerd wordt aan verdwenen US$ 100 miljoen kasreserve op de banken begin 2020. Eerst moet het ‘vertrouwen’ in de banken worden hersteld en corruptie, nepotisme, patronage enzovoort met wortel en tak worden uitgeroeid. Over de registratie van de doelgroep is de minister van Binnenlandse Zaken drukdoende de zogenaamde ‘zeven-even’ werknemers te registreren. Het lijkt alsof de ene minister niet weet wat de andere doet. Waarschijnlijk houdt ieder ministerie diens eigen registratiesysteem erop na.
Regering zou moeten doorpakken
Al met al merken wij dat de boze burgers van de protestdemonstraties tegen een regeringsbeleid, welke dan ook, niet uit de lucht is komen vallen. Evenals de bestorming van het parlement, de compensatie registratie en het getreuzel van de regering om door te pakken. Dit allemaal is geen unicum. In 1990 zei de gewezen daadkrachtige crime fighter Chandrikapersad Santokhi eens: “We weten dat er vliegtuigen met drugs in het binnenland landen. Maar als we die kant op willen, om te gaan kijken, krijgen we telefoontjes: jullie lijkkisten staan klaar. Die waarschuwingen kon ik niet aan mijn laars lappen”. Nu lijkt het alsof dezelfde president verworden is tot de chef bescherming ‘heilige huisjes’.
Eerlijk is eerlijk; de president heeft een failliete boedel geërfd en bestierd thans een geheel andere positie. Maar de regering-Santokhi heeft een ruime meerderheid in De Nationale Assemblee om die straffe wetten in te voeren die de ‘elite’ misschien pijn gaan doen. Toch moet hij krachtig aan de bak en durf tonen om land en volk uit de economische malaise te trekken.
Onrechtmatige arrestatie(s)
Dat het een keer bij protestacties zo fout kon gaan, was enigszins voorspelbaar omdat de minister van Justitie, Kenneth Amoksi, die niet opkwam voor de mannen en vrouwen van Hermandad hoewel een parlementariër live werd gemept, zelf toegaf dat de politie niet goed was voorbereid. Deze politieagenten krijgen kennelijk strafdienst aan hun broek. De minister zou hieruit consequenties moeten trekken en opstappen. Daarentegen heeft de legerleider geen kritiek op zijn militairen geuit.
Bij de gesneuvelde Abaisa verschafte de minister van Justitie, mr. dr. Jnan Adhin (1927-2002), destijds de politie de volledige blancovolmacht om naar eigen inzichten, alle ten dienste staande middelen en zonder consideratie op te treden. De onlusten bij protestdemonstratie waarbij de heer Pakittow die op last van het Openbaar Ministerie (OM) – of heeft geluisterd naar de president? – werd gearresteerd, is dat niet gebeurd omdat de politie niet gericht heeft geschoten. En heeft de president niet eerder olie op het vuur gegooid? Dat muisje krijgt nog een straatje. Maar zijn arrestatie is zeer waarschijnlijk onterecht.
Hij heeft gebruik gemaakt van zijn grondwettelijk demonstratierecht en heeft hij geen strafbare feiten gepleegd. Bovendien wijzen de beelden op de sociale media niet uit, dat hij fysiek op de plaats delict aanwezig was – de soudtruck was al vertrokken. Sterker nog, iedereen kon horen dat de heer Pakittow de betogers maande om zich rustig te gedragen. Daarom wordt ervanuit gegaan dat het OM een scheve schaats heeft gereden en de gronden voor de arrestatie van heer Pakittow een slag in de lucht zijn geweest. Of hebben we hier te maken een zogenaamd ‘politiek proces’ – dat velen vermoeden – om activisten monddood te maken terwijl zij opkomen voor de mensen in het land die het financieel niet meer trekken? Dan zal het OM voortaan het tegendeel moeten laten zien.
Edgar Power