Toen ik als klein jongetje naar school ging werd mij veel voorgehouden, wat nu als complete onzin kan worden afgedaan. Ik weet het nog zo, de juffrouw hing een kaart van Suriname voor de klas op. Daarop liet ze ons zien hoeveel kostbare schatten er in de Surinaamse bodem voorkwamen. Rijkdommen die slechts door anderen voor ons omhooggehaald hoefden te worden, om ons vervolgens rijk te maken. Wat waren we toch blij en gelukkig! Ja, vertelde de juf ons, wij zijn een gezegend land! We hebben goud, bauxiet, diamant, ijzer, en nog een heleboel andere kostbaarheden. En wij luisterden met grote oogjes en rode oortjes. Dat er behalve kostbare schatten onder de grond, ook nog Surinamers boven die grond leefden die alles teniet konden doen, werd er niet bij verteld.
Maar ja, een juffrouw en volwassenen hadden altijd gelijk, die mocht je niet tegenspreken. Dat werd ons ook geleerd. Wat ons ook geleerd werd, was dat ministers, presidenten, of hooggeplaatste ambtenaren eerbiedwaardige mensen zijn, die het beste met ons burgers voorhadden. Wat leefden we toch in een heerlijk fantasiewereldje.
Geschiedenis was ook een kostelijk vak. Ze leerden ons over zaken die lang geleden hadden plaatsgevonden, de zaken die nu nog steeds plaatsvinden, daar werd ons niet over verteld. Ze leerden ons over de oude kolonisator van honderden jaren gelden, een kolonisator die in de huidige moderne wereld nog maar amper wat te vertellen heeft. Over de huidige kolonisator China, die hard op weg is de hele wereld onder z’n macht te krijgen, ons binnenland vernietigt, en steeds meer grip op ons krijgt, daar wordt niets over verteld.
De geschiedenis die we op school leren eindigt in 1975, maar wat er daarna gebeurde, daar mag niemand over praten. Liever hebben we het over de slavernij van voor 1863, dan dat we het over onze huidige slavernij hebben. Slavernij die ons vastpint aan een systeem dat nooit gewerkt heeft, en nooit zal werken, en waar we niet uitkomen. Namen van belangrijke mensen van vroeger moesten we in ons hoofd stampen, maar hoe onze maatschappij er nu voor staat, daar heeft niemand het over. Nu we na bijkans 50 jaar onafhankelijkheid met de bittere werkelijkheid geconfronteerd worden, zie ik dat velen, althans hen die bereid zijn de realiteit onder ogen te zien, nog geloven dat de huidige politieke partijen ons wel uit de problemen zullen helpen.
Behalve deze onzinnigheden die we op school leerden, laten elkaar en we onszelf en ook nog een hoop onzin geloven. Zo vertellen we elkaar dat we de oude politiek maar moeten behouden, want ze hebben ervaring (met mismanagement en corruptie). Of dat er geen alternatief is voor andere politieke partijen, of dat ze een zoveelste kans moeten krijgen. Ook gelooft iedereen dat het erg belangrijk is dat een president charisma moet hebben, maar men zegt niet waarom dat eigenlijk zo belangrijk is. Wat ik ook vaak hoor is de veronderstelling dat wanneer een president pas wat voor het land kan doen, als hij voor zichzelf veel geld heeft vergaard. Of dat op een eerlijke manier gebeurd is, daar wordt niet over gesproken.
Vroeger kreeg ik een vak met de mooie naam maatschappijleer, en later ook nog sociologie verplicht. Als rebels scholiertje had ik geen hoge pet van deze vakken, en vond het maar onbelangrijk geklets. Praktisch ging het over allerlei onderwerpen die weinig met ons dagelijks leven te maken hadden. Nu achteraf denk ik dat het een van de belangrijkste vakken zou kunnen zijn, mits inhoudelijk goed onderwezen. Denk je eens in, wanneer ons vroeg al op school geleerd zou worden wat de impact van corruptie op ons dagelijkse persoonlijke leven is. Wat voor invloed de recente geschiedenis, en dan bedoel ik onze geschiedenis na 1975, op ons huidige leven is. Wat het belang is om naar de stembus te gaan, en op de juiste partij te stemmen. Waarom we nooit traditioneel of raciaal moeten stemmen.
Wat we nodig hebben zijn lessen om te herkennen wanneer een politieke partij volledig corrupt is, en nooit iets voor ons zal betekenen. Dat het not done is voor een partij te stemmen waarvan de kopstukken een strafblad hebben. Dat cadeautjes, voedselpakketten, of zelfs geld uitdelen tijdens verkiezingscampagnes een duidelijk en openlijk signaal is van corruptie en omkoping, dus dat op zo een partij nooit gestemd mag worden.
Helaas zal ons dat nooit geleerd worden, want geen enkele minister van Onderwijs zal toestaan dat zijn of haar eigen partij als corrupt zal worden bestempeld.
Martin van Leesten
Passie voor Suriname
 

