Het is weer zover. De heer Sunil Sookhlall – professioneel columnist, parttime waarheidsbuiger en fulltime VHP-sympathisant – heeft zijn pen opnieuw in gal gedoopt om een karikatuur te maken van politieke standpunten die hem minder bevallen. Zijn meest recente klaagzang op Suriname Herald, getiteld “Diverse NDP-waterdragers binnen de NPS”, is niet zozeer een analyse als wel een ontroerende poging om zijn teleurstelling over het feit dat de NPS géén coalitie is aangegaan met de VHP, weg te moffelen onder een stapel insinuaties, verdachtmakingen en – jawel – “below the belt”-redeneringen.
Laten we het belangrijkste misverstand meteen rechtzetten: ik heb nimmer beweerd dat “de koers bij wet moet worden vastgesteld”. Wat ik wél heb gedaan, is in een interview met LIM FM tijdens Bakana Tori een politieke realiteit benoemen die kennelijk pijnlijk aankomt bij wie zich identificeert met de VHP of de belangen die met die partij verbonden zijn.
Wat was de aanleiding? Een reeks zorgwekkende commentaren de dag tevoren in Bakana Tori, waarin openlijk werd gesuggereerd dat, indien de VHP niet in de regering komt, bepaalde handelaren – die toevallig of minder toevallig met die partij worden geassocieerd – de koers bewust zouden opdrijven. Deze vorm van chantagepolitiek werd niet alleen openlijk besproken, maar ook nauwelijks gecorrigeerd.
Mijn reactie daarop was helder: deze powerplay mag geen basis vormen voor politieke samenwerking. Als dit namelijk waar is, betekent het dat de wisselkoers in Suriname niet wordt bepaald door vraag en aanbod, maar door de grillen van een paar economische actoren die hun macht misbruiken om een regering af te dwingen.
In dat kader heb ik gezegd dat dergelijke praktijken, waarin moedwillige koersopdrijving plaatsvindt, via wetgeving moeten worden aangepakt. Niet omdat “de koers in de wet moet worden vastgelegd”, maar omdat economische sabotage – want dat is het – gewoon een delict is. En zoals met elk delict: het behoort aangepakt te worden via beleid, controle én wettelijke kaders. Als dat te moeilijk is om te begrijpen, wil ik het best nog een keer langzamer herhalen.
Maar goed, terug naar de hoofdrolspeler: de teleurstelling van de heer Sookhlall druipt van zijn column af. Zijn emoties over het feit dat de NPS niet blind is gesprongen in een VHP-coalitie, hebben zich vertaald in het framen van iedereen die iets kritisch zegt over de VHP als “NDP-waterdrager”. Dat is een strategie zo doorzichtig als plastic en even oud als het VHP-argumentatiedraaiboek zelf. Zodra je niet meezingt in het koor, ben je per definitie “fout”.
De ironie is dat dezelfde columnist jarenlang zweeg toen de VHP in de regering zat en velen ervoeren hoe “transparantie” en “goed bestuur” alleen mooie woorden bleken. Maar zodra de NPS zelfstandig kiest, zelfstandig denkt en zelfstandig praat, moet dat kennelijk afgestraft worden met goedkope columns vol halve waarheden.
Laat me duidelijk zijn: de NPS is geen verlengstuk van de NDP, en ik ben dat zeker niet. Ik ben een Surinamer met principes, met een geweten en met een politieke visie waarin geen plaats is voor chantagepolitiek, groepsdenken en electorale opportuniteit. Als dat betekent dat sommige mensen zich in hun ego of belang gekrenkt voelen: jammer dan.
Misschien moet meneer Sookhlall de volgende keer gewoon eerlijk zeggen dat hij verdrietig is dat de VHP buitenspel staat. Verdriet is menselijk. Maar het zou de politieke discussie ten goede komen als we dat verdriet niet langer proberen te verpakken als een objectieve column.
Drs. Raoûl U. Hellings