Tijdens een vandaag gehouden persconferentie heeft de minister van Onderwijs,Wetenschap en Cultuur (MinOWC), Robert Peneux, aangegeven niet onder de indruk te zijn van de petitie die eerder op de dag aan hem is aangeboden door de voorzitter van de Bond van Leraren (Bvl), Wilgo Valies, aangaande de kwestie op de Imeao-scholen.
De hele kwestie heeft volgens Peneux niets te maken met het achteruitgaan van de kwaliteit van het onderwijs zoals beweerd wordt, aangezien kwaliteit bij de leerkrachten begint, legt hij uit en laatstgenoemden dit door hun wijze van lesgeven bepalen. Waar het volgens de bewindsman wel mee te maken heeft, is het feit dat de leerkrachten meer geld willen verdienen.
Peneux zei het jammer te vinden dat leerlingen in een strijd betrokken raken, niet wetende dat zij eigenlijk daarvoor opkomen.” Het heeft niks te maken met kwaliteit, maar het heeft ermee te maken dat de docenten meer willen verdienen.”
Een leraar op een middelbare school met een tweedegraads bevoegdheid verdient volgens Peneux nu al tussen SRD 5000 en SRD 6000, terwijl een leerkracht met een eerstegraads bevoegdheid al gauw boven SRD 7000 kan verdienen. Een directeur op een middelbare school verdient een bedrag dat begint rond SRD 6500 en kan oplopen naar meer dan SRD 8000. Besloten is daarom dat elke leerkracht 35 lesuur maakt en zeven overuur. De vergoeding per overuur ligt rond SRD 350.
“Dit is niet genoeg, omdat Valies van oordeel is dat de leerkrachten ook betaald moeten worden voor het opstellen van toetsen, terwijl dit inherent is aan de taak van de leraar. De taken van de leraar zijn doceren en opstellen van werk,” zegt Peneux. Het onderwijsministerie kan naar zijn mening daarom niet verantwoordelijk worden gesteld als leerlingen geen repetities kunnen maken.
De minister noemde de petitie overigens amateuristisch opgesteld en zei dat hij nergens de namen kon lezen van de mensen die het oneens zouden zijn. De handtekeningen leken voor hem op krabbels en sommige handtekeningen kwamen meerdere malen voor. Hij ziet graag een lijst met namen van de mensen die het niet eens zijn met de besluiten van het ministerie. Verder noemt hij het een grove leugen dat er bepaald is dat de stage in het tweede leerjaar van het Imeao komt te vervallen. De stage blijft gehandhaafd alleen wordt die nu binnen de school gecoӧrdineerd zoals vroeger reeds het geval was, legde hij uit.
Het vergoeden van de begeleiders van herkansers noemde Peneux verder een ‘njang patu’. “Want ik ga ervoor zorgen dat ik elke keer herkansers krijg, zodat ik betaling krijg,” redeneerde de bewindsman. Om zijn denkwijze te staven, gaf hij aan dat op Imeao-3 alleen, er al 536 herkansers zijn. Dit aantal is zo groot dat er geen nieuwe leerlingen ingeschreven kunnen worden het komende schooljaar.
Peneux blijft bij het standpunt dat het nemen van besluiten van organisatorische aard een aangelegenheid is van het onderwijsministerie. Overleg met Valies is daarbij op dit moment niet nodig, meent hij. Hij wil dat de gemeenschap weet dat de rechtspositie van de leerkrachten niet in beding is.
