Korpschef Roberto Prade benadrukt dat hij met zijn statement geen verwijt heeft gemaakt richting de rechterlijke macht. Hij heeft geprobeerd uit te leggen dat het weleens is voorgekomen, dat een ambtenaar van politie die in de fout gaat en zijn of haar recht zoekt in het gelijk wordt gesteld.
“Een ‘foute politieman’ die zijn zaak bepleit bij de rechter wordt soms in het gelijk gesteld. Dit maakt dat foute agenten toch in het korps blijven.” Zo blijkt dat er een voorziening is in de Personeelswet waarbij ambtenaren, dus ook politieagenten, bij een zittende president een verzoek kunnen indienen tot herziening van een opgelegde straf.
Sinds zijn aantreden heeft de korpschef ervoor gezorgd, dat als er een onderzoek loopt tegen een ambtenaar van politie, dat de tuchtrechtelijke procedure wordt ingezet. Er wordt niet meer gewacht totdat de ambtenaar naar de rechter stapt.
Naomi Hoever