De marrongemeenschappen moeten de strijd van de voorouders herdenken en blijven herdenken, maar niet meer op de dagen waarop zij de vrede hebben getekend met de koloniale overheid. Vanwege de inhoud in de vredesverdragen zouden deze dagen niet als bijzondere dagen gevierd moeten worden.
De traktaten hebben niet veel goeds hebben gebracht voor de nazaten. Dit stelde professor Frank Jabini tijdens een lezing waarbij er gefocust werd op de vredesverdragen. In plaats van de officiële vrije dagen zou de totale Afro Surinaamse gemeenschap een gemeenschappelijke dag moeten hebben om de strijd te gedenken.
Volgens de professor zou deze dag nader bekeken moeten worden om de ontevredenheid die er is onder de marrongroepen te voorkomen.
Volgens Jabini zou 31 augustus de dag zijn waarop het zou moeten gebeuren omdat deze dag door de Verenigde Naties als internationale dag is ingesteld voor de Afrikaanse Diaspora. “Deze dag zou voor alle nazaten van de Afrikanen zijn inclusief de Haïtianen en Guyanezen die hier zijn in ons land,” gaf hij aan.
Alle andere dagen komen dan te vervallen. “Ik heb niet gezegd dat we de beslissing niet moeten respecteren. Het is wat wij vandaag de dag zien.”If a de taki wan tra groep taki den mus feni wan tra dey dan we si taki ontevredenheid de,” haalt Jabini aan.
Het zou goed zijn om weer met elkaar te praten om te kijken hoe wij dat gaan oplossen. De Saramaccaners moeten hun voorouders blijven herinneren. “Mi fen taki un leki den pkin fu den Afrikan blakasma un mus ab wan dei pe un kan kon nanga makandra,” zei hij.
Ook gaf hij aan dat dit voor verdeeldheid zorgt. Er wordt aangegeven dat de witte man voor de verdeeldheid heeft gezorgd, maar het zijn niet meer de witte mensen die het land besturen. Wij zijn degenen die voor de verdeeldheid zorgen onder de marrons. “U moet weten dat niet alleen Saramaccaners in Suriname zijn. Yu mus sab suma na mi en mi mus sabi suma na yu. Wij zijn de grootste groep die de eenheid zou moeten vormen en demonstreren. Waarom zouden de mensen die uit Afrika zijn gekomen zich verdelen?,” haalde hij aan.
Patricia Meulenhof, die zich al jaren bezighoudt met de vredesverdragen, is daartegen en vindt dat het niet om 10 oktober gaat, maar dat het meer gaat om de strijd van de marrons die ze hebben geleverd. Voor haar is het belangrijk dat deze bijzondere groep erkend wordt en dat moet dat ook terug te vinden zijn in de geschiedenisboeken, zodat de kinderen het kunnen leren. “Het gaat niet om de Saamaka of de Okanisi, het gaat om de strijd van alle marrons die ze hebben geleverd om te komen tot de vrede.”
Het verdrag van de Aucaners is gebruikt voor alle verdagen die daarna volgden, deelde Meulenhof mee. Zij vindt dat het besluit van de traditionele gezagdragers die toen was genomen gerespecteerd dient te worden, zeker wanneer wij de geschiedenis correct willen houden, merkt ze op. “Het besluit voor de herdenking was door alle marron granmans genomen,” voegt ze eraan toe.
Voor de voorzitter van de Stichting 10 oktober, Leo Atoman, maakt het niet uit wie een dag wil. Wat voor hem belangrijk is, is dat de eenheid onder de marrongroepen er moet zijn. “We moeten een punt hebben vanwaar wij naartoe gaan en dat is de eenheid. Als de Saramaccaners een vrije dag willen mogen ze dat vragen bij de overheid. Als de Matuariërs ook een vrije dag willen mogen ze dat vragen. Wat maar voor mij belangrijk is, is de eenheid,” aldus Atoman.